ECLI:NL:CRVB:2014:4110
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing bijzondere bijstand voor de kosten van een hooglaag bed
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 9 december 2014 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Amsterdam. Appellant, die bijstand ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand (WWB), had bijzondere bijstand aangevraagd voor de (meer)kosten van een hooglaag bed, noodzakelijk vanwege zijn dwarslaesie. De zorgverzekeraar had appellant de keuze gegeven tussen een speciaal bed of een vergoeding van maximaal € 600,-. Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam heeft de aanvraag afgewezen, omdat appellant een beroep kon doen op de zorgverzekeraar en de aangeboden voorziening als passend en toereikend werd beschouwd.
De rechtbank heeft het beroep van appellant tegen deze afwijzing ongegrond verklaard. Appellant heeft in hoger beroep zijn standpunt herhaald, waarbij hij stelde dat het aangeboden standaard hooglaag bed niet geschikt was vanwege zijn gewicht van 110 kilo. Hij overhandigde een offerte voor een duurder bed en een verklaring van zijn huisarts. De Raad heeft echter geoordeeld dat de verklaring van de huisarts onvoldoende onderbouwing biedt voor de noodzaak van een ander bed, aangezien de zorgverzekeraar had aangegeven dat een standaard hooglaag bed geschikt is voor personen tot 130 kilo.
De Raad heeft vastgesteld dat de voorliggende voorziening, in dit geval de zorgverzekering, passend en toereikend is. Appellant is er niet in geslaagd aan te tonen dat de aangeboden voorziening niet voldeed aan zijn behoeften. De Raad heeft het hoger beroep van appellant afgewezen en de eerdere uitspraak van de rechtbank bevestigd. Er zijn geen gronden voor een veroordeling in de proceskosten.