ECLI:NL:CRVB:2015:1280
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstand op basis van onvoldoende financiële gegevens
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 21 april 2015 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere beslissing van de rechtbank Midden-Nederland. Appellante had een aanvraag voor bijstand ingediend, maar het college van burgemeester en wethouders van Lelystad heeft deze aanvraag afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op het feit dat de door appellante verstrekte gegevens over haar financiële situatie onvoldoende waren om vast te stellen of zij in bijstandbehoevende omstandigheden verkeerde. Appellante had eerder bijstand ontvangen, maar na haar ontslag in 2008 had zij geen reguliere inkomsten meer. Ondanks haar meldingen om bijstand aan te vragen, kon zij niet aantonen dat zij in de periode voorafgaand aan de aanvraag in haar levensonderhoud kon voorzien. Het college voerde aan dat appellante de inlichtingenverplichting had geschonden door onjuiste en incomplete verklaringen af te leggen. De rechtbank had het beroep van appellante tegen de afwijzing ongegrond verklaard, en in hoger beroep heeft de Raad deze beslissing bevestigd. De Raad oordeelde dat de appellante niet voldoende bewijs had geleverd van haar financiële situatie en dat het college terecht had geconcludeerd dat de aanvraag voor bijstand niet kon worden goedgekeurd. De Raad benadrukte dat de bewijslast voor bijstandbehoevendheid bij de aanvrager ligt en dat het niet voldoen aan de inlichtingenverplichting kan leiden tot afwijzing van de aanvraag.