ECLI:NL:CRVB:2015:1776
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling geschiktheid van functies voor appellant met beperking voor monotoon werk in het kader van WIA
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellant tegen de besluiten van het Uwv met betrekking tot zijn WIA-uitkering. Appellant is van mening dat de geduide functies in medisch opzicht niet geschikt zijn voor hem, gezien zijn beperking voor monotoon werk. De Centrale Raad van Beroep heeft de eerdere uitspraken van de rechtbank Amsterdam onderschreven, waarin werd geoordeeld dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep de beperking van appellant voor monotone arbeid voldoende inzichtelijk heeft gemotiveerd. Appellant heeft in hoger beroep niet kunnen aantonen dat zijn mogelijkheden zijn onderschat, en er ontbreekt een verklaring van een medicus die zijn standpunt ondersteunt. De Raad heeft vastgesteld dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de geduide functies medisch geschikt zijn voor appellant, mits er sprake is van voldoende dynamiek in de werkzaamheden. De Raad bevestigt de aangevallen uitspraken en wijst de verzoeken om proceskosten af.