ECLI:NL:CRVB:2015:4416
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijzondere bijstand voor duurzame gebruiksgoederen op basis van gebrek aan bijzondere omstandigheden
In deze zaak heeft appellante op 21 november 2013 bijzondere bijstand aangevraagd voor de aanschaf van een wasmachine, een bank en een bed. Het college van burgemeester en wethouders van Almelo heeft deze aanvraag op 13 december 2013 afgewezen, omdat er volgens hen geen sprake was van noodzakelijke kosten die voortvloeiden uit bijzondere omstandigheden. Na een ongegrond verklaard bezwaar, heeft de rechtbank Overijssel op 6 oktober 2014 de uitspraak van het college bevestigd. Appellante heeft hiertegen hoger beroep ingesteld, waarbij zij aanvoert dat zij niet in staat was om te reserveren voor de kosten door bijzondere omstandigheden, zoals extra medische kosten en een schuld aan haar ziektekostenverzekeraar.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de kosten waarvoor appellante bijstand heeft gevraagd, noodzakelijk waren, maar dat appellante niet heeft aangetoond dat er bijzondere omstandigheden waren die haar onvermogen om te reserveren rechtvaardigden. De Raad verwijst naar eerdere rechtspraak waarin is vastgesteld dat schulden en betalingsverplichtingen op zich geen bijzondere omstandigheden vormen. De Raad concludeert dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat de kosten niet voortvloeiden uit bijzondere omstandigheden en bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
De uitspraak is gedaan door F. Hoogendijk, met J.L. Meijer als griffier, en is openbaar uitgesproken op 8 december 2015.