Uitspraak
17 april 2014, 13/528 en 13/529 (aangevallen uitspraak)
OVERWEGINGEN
27 november 2012 aan appellant bevestigd dat een (aan Acture verbonden) arts te kennen heeft gegeven dat appellant geschikt is voor passende werkzaamheden. Verder zijn in deze brief de op 27 november 2012 telefonisch met appellant gemaakte afspraken bevestigd dat appellant zich laat inschrijven bij Uwv Werkbedrijf en dat hij wekelijks minimaal twee keer gaat solliciteren. Appellant is gevraagd een kopie van zijn inschrijving bij Uwv Werkbedrijf toe te zenden en wekelijks een kopie van zijn sollicitatiebrieven te sturen naar een in de brief van 27 november 2012 genoemd e-mailadres.
12 december 2012 bij besluit van 30 mei 2013 (bestreden besluit 1) ongegrond verklaard. Bij besluit van eveneens 30 mei 2013 heeft het Uwv het bezwaar van appellant tegen de beëindiging van de ZW-uitkering per 12 december 2012 (bestreden besluit 2) ongegrond verklaard. In bestreden besluit 2 heeft het Uwv uiteengezet dat aan de beëindiging van de ZW-uitkering per 12 december 2012 ten grondslag ligt het niet verschijnen van appellant op het spreekuur van de bedrijfsarts op 21 december 2012.
8 oktober 2012 beschreven belastbaarheid van appellant. Een verplichting dat appellant zou moeten zoeken naar werk dat zijn belastbaarheid te boven zou gaan is niet te lezen in de brief van 27 november 2012.
21 december 2012 heeft gebeld naar het telefoonnummer van Acture en dat die verbinding tot stand is gekomen. Dat betekent niet dat daarmee ook vaststaat dat appellant zich voor het spreekuur heeft afgemeld. Het is heel goed mogelijk dat appellant “in de wacht is gezet” en na verloop van enige minuten het contact heeft verbroken. In combinatie met de omstandigheid dat een telefoongesprek van appellant met een medewerker van Acture bij Acture niet is geregistreerd en het gegeven dat geen nieuwe afspraak voor spreekuurbezoek tot stand is gekomen is het niet aannemelijk dat appellant zich op 21 december 2012 voor het spreekuur met de bedrijfsarts op diezelfde dag heeft afgemeld. Bovendien is onduidelijk gebleven waarom appellant niet in staat zou zijn geweest op het spreekuur van de bedrijfsarts te verschijnen.
ZW-uitkering van appellant met ingang van 12 december 2012 te beëindigen.
BESLISSING
F.M.S. Requisizione als leden, in tegenwoordigheid van P. Boer als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 6 juli 2016.