ECLI:NL:CRVB:2016:350
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- J.J.A. Kooijman
- M.T. Boerlage
- H.A.A.G. Vermeulen
- Rechtspraak.nl
Weigering erkenning aansprakelijkheid na dienstongeval door val van defecte stoel
In deze zaak gaat het om de weigering van de korpschef van de politie om aansprakelijkheid te erkennen voor schade die appellant, werkzaam bij de politie, zou hebben geleden na een val van een defecte stoel tijdens zijn dienst op 30 november 2008. Appellant heeft de korpschef verzocht om erkenning van aansprakelijkheid, maar deze heeft dit geweigerd op basis van het rapport van medisch adviseur De Vries, waarin werd gesteld dat er onvoldoende causaal verband was aangetoond tussen de val en de geconstateerde rugafwijkingen. De rechtbank Gelderland heeft het beroep van appellant tegen deze weigering ongegrond verklaard, waarna appellant in hoger beroep ging.
De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat appellant niet voldoende bewijs heeft geleverd voor het causaal verband tussen de val en de rugklachten. De Raad oordeelde dat de verklaring van neurochirurg Lenders, die stelde dat de val mogelijk de klachten had veroorzaakt, niet voldoende was om het causale verband aan te tonen. De Raad benadrukte dat appellant had moeten aantonen dat de werkomstandigheden de oorzaak van zijn letsel waren, maar dat hij hierin niet was geslaagd. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en wees het hoger beroep van appellant af, waarbij werd opgemerkt dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.