ECLI:NL:CRVB:2017:2073

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
17 mei 2017
Publicatiedatum
14 juni 2017
Zaaknummer
16/2055 WW
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-verschoonbare termijnoverschrijding bij indienen hoger beroep tegen uitspraak rechtbank Noord-Nederland

In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 17 mei 2017 uitspraak gedaan in het hoger beroep van appellant tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 18 februari 2016. Het hoger beroep was ingediend op 4 april 2016, maar de Raad oordeelde dat dit niet-ontvankelijk was vanwege een niet-verschoonbare termijnoverschrijding. De Raad heeft vastgesteld dat de termijn voor het instellen van hoger beroep op 31 maart 2016 eindigde, en dat appellant niet tijdig had gereageerd. De Raad heeft de verklaring van appellant over de gang van zaken op 31 maart 2016 niet gevolgd, omdat de processtukken voldoende aanwijzingen bevatten dat er geen hoger beroep was ingesteld. De Raad heeft ook overwogen of er aanleiding was om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten, maar heeft dit in de omstandigheden van het geval niet kunnen vaststellen. De uitspraak is openbaar gedaan en is gebaseerd op de overwegingen dat de processtukken en eerdere uitspraken bevestigen dat er geen hoger beroep was ingesteld. De griffier en de voorzitter hebben de uitspraak ondertekend.

Uitspraak

16/2055 WW, 17/3690 WW-PV
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland van 18 februari 2016, 14/1627 (aangevallen uitspraak)
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)
Zitting hebben: mr. H.G. Rottier, mr. E.W. Akkerman en mr. F.M.S. Requisizione
Griffier: J.W.L. van der Loo
Appellant is ter zitting verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door
mr. D. de Jong.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep verklaart het hoger beroep tegen de aangevallen uitspraak
niet-ontvankelijk.
Deze beslissing is uitgesproken in het openbaar. Zij is gebaseerd op de volgende overwegingen.
Het hoger beroep van appellant is op 4 april 2016 bij de Raad binnengekomen. In het algemeen zijn stukken een dag daarvoor via de post bezorgd. De eerste werkdag voorafgaand aan 4 april was 1 april 2016. De afstempeling van het poststuk heeft ook plaatsgevonden op
1 april 2016. In geval van twijfel over de tijdigheid van het instellen van het hoger beroep dient aan betrokkene het voordeel van de twijfel te worden gegund. De termijn voor het instellen van hoger beroep, uitgaande van die twijfel, sloot in het onderhavige geval op
31 maart 2016. Appellant heeft over de gang van zaken op 31 maart 2016 een verklaring afgelegd. De Raad volgt die verklaring niet, omdat de processtukken voldoende harde aanwijzingen bevatten dat de gang van zaken een andere is geweest en dat er geen aanleiding is om appellant het voordeel van de twijfel te geven.
In het kader van een procedure over de maandelijkse invordering zijn bij de rechtbank vragen gesteld over de stand van zaken in die procedure. Twee stukken geven onafhankelijk van elkaar weer dat appellant op 1 april 2016 heeft verklaard geen hoger beroep te hebben ingesteld. In het rechtbankverslag is het hoger beroep drie keer aan de orde gesteld en drie keer is vastgesteld dat er geen hoger beroep was ingesteld. Ook uit de bewoordingen van de uitspraak van de rechtbank van 21 april 2013, overweging 3.2, blijkt dat de rechtbank ervan uit is gegaan dat er geen hoger beroep is ingesteld.
Het voorgaande betekent dat het hoger beroep te laat is ingesteld. De Raad stelt zich vervolgens de vraag of er aanleiding is om de termijnoverschrijding verschoonbaar te achten. In de omstandigheden van dit geval ziet de Raad die verschoonbaarheid niet. De Raad verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Waarvan proces-verbaal.
De griffier De voorzitter
(getekend) J.W.L. van der Loo (getekend) H.G. Rottier

SS