ECLI:NL:CRVB:2017:3995

Centrale Raad van Beroep

Datum uitspraak
14 november 2017
Publicatiedatum
16 november 2017
Zaaknummer
15/6673 WWB-R
Instantie
Centrale Raad van Beroep
Type
Uitspraak
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Rectificatie van de uitspraak inzake griffierecht in hoger beroep

Op 14 november 2017 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een zaak waarin een rectificatie van een eerdere uitspraak werd behandeld. De zaak betreft een appellant die in hoger beroep was gegaan tegen een beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Heerlen. De oorspronkelijke uitspraak, gedaan op 26 september 2017, bevatte een kennelijke fout in de griffierechtbepaling. De Raad heeft vastgesteld dat het college ten onrechte was opgedragen om een bedrag van € 123,- aan appellant te vergoeden als griffierecht. In plaats daarvan had het college een totaalbedrag van € 247,- moeten vergoeden, bestaande uit € 123,- en € 124,-. De Raad heeft partijen in de gelegenheid gesteld om schriftelijk te reageren op het voornemen tot rectificatie. Na ontvangst van de reacties heeft de Raad besloten de uitspraak te rectificeren. De rectificatie houdt in dat de griffierechtbepaling in de beslissing wordt gewijzigd naar: “- bepaalt dat het college aan appellant het in hoger beroep betaalde griffierecht van € 247,- vergoedt.” De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl, terwijl de oorspronkelijke uitspraak daaruit zal worden verwijderd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee leden, en is openbaar uitgesproken.

Uitspraak

15/6673 WWB-R, 16/3390 WWB-R
Datum uitspraak: 14 november 2017
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
Uitspraak tot rectificatie van de uitspraak van de Raad van 26 september 2017,
15/6673 WWB en 16/3390 WWB
Partijen:
[Appellant] te [woonplaats] (appellant)
het college van burgemeester en wethouders van Heerlen (college)
PROCESVERLOOP
Naar aanleiding van een brief namens appellant van mr. S.V.A.Y. Dassen-Franken, advocaat, ontvangen op 28 september 2017, heeft de Raad vastgesteld dat zijn uitspraak van
26 september 2017 een kennelijke fout bevat voor zover het de griffierechtbepaling betreft.
De Raad heeft daarin aanleiding gezien partijen in de gelegenheid te stellen zich schriftelijk uit te laten over het voornemen van de Raad om de uitspraak te verbeteren.
Het college heeft bij brief van 30 oktober 2017 gereageerd op het voornemen van de Raad. Mr. Dassen-Franken heeft hierop een reactie gegeven bij brief van 2 november 2017.

OVERWEGINGEN

1. Het college heeft in reactie op het voornemen tot rectificatie de Raad verzocht te beslissen dat in plaats van een bedrag van € 123,- een bedrag van € 246,- aan appellant wordt vergoed als in hoger beroep betaalde griffierechten, en niet, zoals door appellant is verzocht, een bedrag van € 247,-.
2. De Raad stelt vast dat in de beslissing van de uitspraak van 26 september 2017 ten onrechte is bepaald dat het college aan appellant het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 123,- vergoedt. De beslissing had moeten luiden dat het college aan appellant het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 123,- en het door hem in hoger beroep betaalde griffierecht ten bedrage van € 124,-, in totaal € 247,- vergoedt. Hierbij verwijst de Raad naar de griffierechtbedragen zoals vermeld in artikel 8:109 van de Algemene wet bestuursrecht zoals deze golden ten tijde van het instellen van elk van de hoger beroepen.
3. De Raad zal de beslissing herstellen door de uitspraak van 26 september 2017 te rectificeren in overeenstemming met wat onder 2 is overwogen.
4. Aan deze uitspraak tot rectificatie is een gerectificeerd exemplaar van de oorspronkelijke uitspraak gehecht. De gerectificeerde uitspraak zal worden gepubliceerd op rechtspraak.nl en de oorspronkelijke uitspraak zal daaruit worden verwijderd.

BESLISSING

De Centrale Raad van Beroep rectificeert zijn uitspraak van 26 september 2017,
15/6673 WWB en 16/3390 WWB, als volgt:
- de griffierechtbepaling in de beslissing wordt gewijzigd in:
“- bepaalt dat het college aan appellant het in hoger beroep betaalde griffierecht van
€ 247,- vergoedt.”
Deze uitspraak is gedaan door F. Hoogendijk als voorzitter en G.M.G. Hink en
J.T.H. Zimmerman als leden, in tegenwoordigheid van J.M.M. van Dalen als griffier. De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 14 november 2017.
(getekend) F. Hoogendijk
(getekend) J.M.M. van Dalen

HD