Uitspraak
15.6754 WWB
OVERWEGINGEN
BESLISSING
- herroept het besluit van 12 september 2014 en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt
Centrale Raad van Beroep
In deze zaak gaat het om de intrekking van bijstand aan appellant, die sinds 20 juli 2012 bijstand ontving op basis van de Wet werk en bijstand (WWB). De intrekking vond plaats na een onderzoek dat was gestart op basis van een risicoprofiel, gericht op alleenstaande mannen van 55 jaar en ouder. Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag had op basis van dit risicoprofiel geconcludeerd dat appellant mogelijk een gezamenlijke huishouding voerde, wat leidde tot de intrekking van zijn bijstand per 1 januari 2014 en de terugvordering van eerder verstrekte bijstand. Appellant ging in beroep tegen deze beslissing, maar de rechtbank verklaarde het beroep ongegrond.
In hoger beroep heeft de Centrale Raad van Beroep geoordeeld dat het college ongerechtvaardigd onderscheid heeft gemaakt op basis van geslacht en leeftijd door het risicoprofiel te hanteren. De Raad oordeelde dat het college niet aannemelijk heeft gemaakt dat er zeer gewichtige redenen waren om dit onderscheid te rechtvaardigen. De onderzoeksbevindingen die voortvloeiden uit het risicoprofiel konden daarom niet als bewijs worden gebruikt voor de intrekking van de bijstand. De Raad vernietigde de eerdere uitspraak van de rechtbank en verklaarde het beroep van appellant gegrond, waarbij het besluit van het college werd herroepen. Tevens werd het college veroordeeld in de kosten van appellant, die in totaal € 2.970,- bedroegen.