Uitspraak
18.3687 WWAJ
OVERWEGINGEN
25 november 2015 – en daarmee buiten de termijn van zes weken – is ontvangen en daarvoor geen verschoonbare redenen zijn gegeven.
Centrale Raad van Beroep
Op 18 december 2019 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak gedaan in een verzoek om herziening van een eerdere uitspraak van de Raad van 11 oktober 2017. Verzoeker had op 28 juni 2018 verzocht om herziening, omdat hij van mening was dat zijn situatie niet goed was meegenomen in de eerdere uitspraak. De Raad had eerder vastgesteld dat verzoeker te laat beroep had ingesteld zonder verschoonbare redenen. In de huidige uitspraak werd bevestigd dat het herzieningsverzoek niet slaagde. De Raad oordeelde dat de eerdere uitspraak, waarin werd vastgesteld dat het beroep van verzoeker te laat was ingediend, onverkort geldig bleef. De omstandigheid dat het Uwv na de eerdere uitspraak een herbeoordeling had verricht, leidde niet tot de conclusie dat het beroep destijds tijdig was ingediend. De Raad benadrukte dat het bijzondere rechtsmiddel van herziening niet bedoeld is voor een hernieuwde discussie over de uitspraak, maar enkel voor het corrigeren van onjuistheden die voor de uitspraak niet bekend waren.