ECLI:NL:CRVB:2020:333
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Intrekking en terugvordering AIO-aanvulling op basis van niet gemeld woningbezit
In deze zaak gaat het om de intrekking en terugvordering van de AIO-aanvulling van appellanten door de Sociale verzekeringsbank (Svb). Appellant, geboren in 1949, ontving een onvolledig ouderdomspensioen en een aanvullende inkomensvoorziening voor ouderen. De Svb heeft de AIO-aanvulling ingetrokken omdat appellanten geen melding hebben gemaakt van hun woningbezit in Marokko. Uit onderzoek is gebleken dat appellant eigenaar is van een woning in Marokko, wat hij niet heeft gemeld. De Svb concludeert dat appellanten de inlichtingenverplichting hebben geschonden, waardoor niet kan worden vastgesteld of zij recht hebben op de AIO-aanvulling. De rechtbank heeft het beroep tegen het besluit van de Svb ongegrond verklaard, waarna appellanten in hoger beroep zijn gegaan.
De Centrale Raad van Beroep heeft de feiten en omstandigheden van de zaak beoordeeld. De Raad heeft vastgesteld dat de Svb aannemelijk heeft gemaakt dat appellant sinds 1996 eigenaar is van de woning in Marokko. De verklaringen van de echtgenote, kinderen en lokale autoriteiten ondersteunen deze conclusie. De Raad oordeelt dat de verklaringen van appellanten over de schenking van de woning niet voldoende zijn om aan te nemen dat appellant geen eigenaar meer is. De Raad bevestigt de uitspraak van de rechtbank en verklaart het hoger beroep ongegrond. De proceskosten worden niet vergoed.