Uitspraak
18.1609 ZW
OVERWEGINGEN
TVB2
7 juli 2016. Uit het rapport van de verzekeringsarts van dezelfde datum blijkt dat bij handonderzoek rechts een verminderde kracht ten opzichte van links is gebleken en een verminderde sensibiliteit van drie vingers aan die hand is geconstateerd. Op basis daarvan zijn beperkingen vastgesteld in de FML. Appellante heeft geen medische informatie ingebracht die aanleiding geeft deze beperkingen onvoldoende te achten. Het (concept)rapport neurologisch onderzoek biedt hiertoe geen aanknopingspunten. Aangesloten wordt bij de overwegingen en conclusie van de verzekeringsarts bezwaar en beroep in het rapport van
24 september 2019 dat er geen aanleiding bestaat voor een ander oordeel over de beperkingen van appellante aan de handen.