ECLI:NL:CRVB:2021:2481
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de arbeidsongeschiktheid van appellant in het kader van de Wet WIA
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 7 oktober 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. Appellant, die zich ziek had gemeld met psychische klachten, had in hoger beroep geen nieuwe medische gegevens overgelegd ter onderbouwing van zijn standpunt dat hij volledig arbeidsongeschikt was. De rechtbank had eerder geoordeeld dat het Uwv de belastbaarheid van appellant correct had ingeschat en dat de functies die aan de schatting ten grondslag lagen, geschikt waren voor appellant. De Raad bevestigde deze uitspraak en oordeelde dat er geen aanleiding was om te twijfelen aan de medische grondslag van het bestreden besluit. De verzekeringsarts bezwaar en beroep had overtuigend gemotiveerd dat appellant in staat was de functies te vervullen, ondanks zijn beperkingen. De Raad concludeerde dat het hoger beroep niet slaagde en dat de aangevallen uitspraak bevestigd diende te worden. Er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.