ECLI:NL:CRVB:2021:404
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag bijstandsverlening op basis van onvoldoende financiële duidelijkheid en inlichtingenverplichting
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 16 februari 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de afwijzing van een aanvraag om bijstand door het dagelijks bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom. De appellant, die als enig beherend vennoot en directeur/grootaandeelhouder van twee vennootschappen fungeerde, had onvoldoende duidelijkheid verschaft over zijn financiële situatie. Ondanks herhaalde verzoeken van het dagelijks bestuur om financiële gegevens van de vennootschappen over te leggen, heeft de appellant deze gegevens niet of onvolledig verstrekt. Hierdoor kon het recht op bijstand niet worden vastgesteld.
De Raad heeft vastgesteld dat de appellant zich op 29 januari 2018 had gemeld voor bijstand, maar dat hij niet voldeed aan de inlichtingenverplichting. De rechtbank Midden-Nederland had eerder het beroep van de appellant tegen de afwijzing ongegrond verklaard. In hoger beroep heeft de appellant aangevoerd dat zijn gezondheidsklachten hem belemmerden in het verstrekken van de gevraagde informatie, maar de Raad oordeelde dat hij niet aannemelijk had gemaakt dat deze klachten zodanig ernstig waren dat hij niet in staat was om de benodigde gegevens te overleggen.
De Raad concludeert dat de appellant niet in bijstandbehoevende omstandigheden verkeerde en bevestigt de uitspraak van de rechtbank. De uitspraak benadrukt het belang van volledige openheid van zaken bij het aanvragen van bijstand en de verplichting van de aanvrager om de benodigde informatie te verstrekken.