ECLI:NL:CRVB:2022:2861
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- E. Dijt
- T. Dompeling
- S.B. SmitColenbrander
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om wraking wegens vermeende vooringenomenheid van de behandelend rechter
In deze zaak heeft verzoeker hoger beroep ingesteld tegen eerdere uitspraken van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam. Het betreft een verzoek om wraking van de behandelend rechter, J.N.A. Bootsma, ingediend door verzoeker op 18 augustus 2022. Verzoeker stelt dat de rechter vooringenomen is, omdat deze de deurwaarder ten onrechte als partij heeft aangemerkt en daardoor zijn rechten zou schaden. De Centrale Raad van Beroep heeft op 24 oktober 2022 de zaak behandeld en het verzoek om wraking afgewezen. De Raad oordeelt dat er geen objectieve aanwijzingen zijn voor vooringenomenheid van de rechter. De behandelend rechter heeft geprobeerd een oplossing te vinden voor de problemen tussen verzoeker en het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam, wat niet kan worden gezien als een aanwijzing voor vooringenomenheid. De Raad concludeert dat de wrakingsgrond niet is onderbouwd en dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten. De beslissing is openbaar uitgesproken op dezelfde datum.