ECLI:NL:CRVB:2022:625
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- S. Wijna
- S.C. Scholten
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de geschiktheid van functies voor appellant in het kader van de Ziektewet na beëindiging van de uitkering
In deze zaak heeft de Centrale Raad van Beroep op 10 maart 2022 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere uitspraak van de rechtbank Gelderland. Appellant, die als taxichauffeur werkte, had zich ziek gemeld na een scooter-ongeval in 2011 en ontving een Ziektewet-uitkering. Het Uwv beëindigde deze uitkering omdat appellant in staat werd geacht meer dan 65% van zijn maatmaninkomen te verdienen. Appellant was het niet eens met deze beslissing en stelde dat zijn beperkingen waren onderschat. De rechtbank oordeelde dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat de verzekeringsartsen de belastbaarheid van appellant correct hadden vastgesteld. In hoger beroep herhaalde appellant zijn argumenten, maar de Raad oordeelde dat de informatie van de bedrijfsarts en andere medische gegevens onvoldoende aanknopingspunten boden om de eerdere beoordeling te herzien. De Raad bevestigde de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de geselecteerde functies medisch geschikt waren voor appellant. De Raad concludeerde dat er geen aanleiding was voor het inschakelen van een onafhankelijke deskundige, aangezien de medische beoordeling door het Uwv niet in twijfel werd getrokken. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 10 maart 2022.