Uitspraak
OVERWEGINGEN
6 augustus 2014 voor dit werk uitgevallen wegens psychische klachten. Het Uwv heeft appellant met ingang van 29 augustus 2017 in aanmerking gebracht voor een loongerelateerde WGA-uitkering op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA), berekend naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 47,50%. Deze uitkering is per 29 maart 2020 omgezet in een WGA-vervolguitkering.
30 juli 2020 op het spreekuur onderzocht. Tevens is een door appellant ingediend eindrapport van zijn behandeling van 13 april 2018 en een expertiseonderzoek van 9 mei 2019 geraadpleegd. Deze arts heeft de medische belastbaarheid van appellant vervolgens vastgelegd in de Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) van 3 augustus 2020, geëffectueerd per 29 maart 2020 (de omslagdatum van de WGA-uitkering). De arbeidsdeskundige heeft vervolgens de functies wikkelaar, productiemedewerker industrie en samensteller kunststof en rubberproducten voor appellant geselecteerd. Berekend is dat appellant 47,76% arbeidsongeschikt is. Het Uwv heeft bij besluit van 12 augustus 2020 vastgesteld dat de hoogte van de WIA-uitkering van appellantniet wijzigt, omdat de mate van zijn arbeidsongeschiktheid per die datum onverminderd valt binnen de arbeidsongeschiktheidsklasse van 45-55%.
belastbaarheid van appellant. De overwegingen die de rechtbank hieraan ten grondslag heeft gelegd, worden onderschreven. Daarop wordt het volgende aangevuld.
24 augustus 2021, dat “het dossier geen gegevens biedt om per 1 januari 2019, per omslagdatum van 29 maart 2020 of per door verzekeringsarts Hulst ingenomen datum in geding van 25 mei 2020 uit te gaan van meer beperkingen dan in de FML werd opgenomen”, blijkt dat datum in geding bij de beoordeling is betrokken en daarbij is beoordeeld of er per die datum sprake zou zijn van een verslechtering.