Uitspraak
PROCESVERLOOP
OVERWEGINGEN
Samenvatting
Inleiding
Het oordeel van de Raad
Conclusie en gevolgen
BESLISSING
- vernietigt de aangevallen uitspraak;
- verklaart het beroep ongegrond.
Centrale Raad van Beroep
In deze uitspraak van de Centrale Raad van Beroep op 12 december 2023, wordt de beëindiging van de aan appellant toegekende vervoersvoorziening op grond van de Beleidsregels vervoersvoorzieningen voor minima-ouderen beoordeeld. Appellant had bezwaar gemaakt tegen de beëindiging van deze voorziening, maar de rechtbank Amsterdam verklaarde het beroep niet-ontvankelijk omdat appellant het griffierecht niet had betaald. De Raad oordeelt dat deze niet-ontvankelijkverklaring niet kan standhouden, omdat niet kan worden aangetoond dat de griffierechtnota tijdig aan appellant is aangeboden en de termijn om te betalen te kort was. De Raad besluit het beroep inhoudelijk te behandelen en verklaart het ongegrond. De beëindiging van de vervoersvoorziening blijft in stand, omdat het inkomen van appellant, zoals berekend op grond van de beleidsregels, te hoog is. De Raad stelt vast dat het college niet verplicht is om uit te gaan van het belastbaar inkomen zoals vastgesteld door de Belastingdienst en dat de procedurele waarborgen zijn nageleefd, ondanks het ontbreken van een fysieke hoorzitting. De uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd, maar de beëindiging van de vervoersvoorziening blijft gehandhaafd.