ECLI:NL:CRVB:2025:1468
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van de ZW-uitkering van appellant na beoordeling van medische en arbeidskundige geschiktheid
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de ZW-uitkering van appellant door het Uwv per 17 juni 2023. Appellant, die zich ziekmeldde na een steekincident, betwist de beslissing van het Uwv en stelt dat hij meer beperkingen heeft dan het Uwv heeft aangenomen. De Centrale Raad van Beroep heeft de zaak behandeld op 20 augustus 2025, waarbij appellant werd vertegenwoordigd door zijn advocaat, mr. A.L. Kuit, en het Uwv door J.C. Geldof. De Raad oordeelt dat het Uwv de ZW-uitkering terecht heeft beëindigd, omdat appellant in staat is om meer dan 65% van zijn laatst verdiende loon te verdienen. De Raad volgt de medische en arbeidskundige beoordelingen van het Uwv, die zijn gebaseerd op een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) en rapporten van verzekeringsartsen. De rechtbank had eerder het beroep van appellant ongegrond verklaard, en de Raad bevestigt deze uitspraak. Appellant heeft geen nieuwe medische informatie ingebracht die zijn standpunt ondersteunt, en de Raad concludeert dat de geselecteerde functies medisch geschikt zijn voor appellant. De uitspraak van de rechtbank wordt bevestigd, en appellant krijgt geen vergoeding voor proceskosten of griffierecht.