ECLI:NL:CRVB:2025:1681
Centrale Raad van Beroep
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake uitkeringsrechten en bezwaarschriften tegen besluiten van het Uwv
In deze zaak heeft appellante hoger beroep ingesteld tegen meerdere uitspraken van de voorzieningenrechter van de rechtbank Noord-Nederland, die betrekking hebben op besluiten van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv) over uitkeringsrechten. De Centrale Raad van Beroep heeft op 19 november 2025 uitspraak gedaan. Appellante had zich ziekgemeld en ontving een voorschot op haar uitkering, maar haar bezwaarschriften tegen verschillende besluiten van het Uwv werden niet-ontvankelijk verklaard. De Raad oordeelde dat het Uwv niet zorgvuldig had gehandeld door niet na te vragen wat appellante precies beoogde met haar bezwaarschriften. De Raad bevestigde de uitspraak van de voorzieningenrechter in één zaak, maar vernietigde de uitspraken in andere zaken, omdat het Uwv niet had onderkend dat appellante mogelijk verzoeken om herziening had willen indienen. De Raad droeg het Uwv op om opnieuw te beslissen op deze verzoeken. Appellante kreeg een vergoeding voor de griffierechten die zij had betaald.