ECLI:NL:GHAMS:2003:AH9841
Gerechtshof Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- M. Vrouwenvelder
- A. Beukers-Van Dooren
- J. van de Merwe
- Rechtspraak.nl
Belastingheffing op alternatieve geneeskunde en de toepassing van de Wet op de omzetbelasting
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 9 juli 2003 uitspraak gedaan in een belastingkwestie betreffende een natuurgeneeskundige praktijk. De belanghebbende, een vennootschap onder firma, voert activiteiten uit als alternatieve natuurgenezer, waaronder het stellen van diagnosen en het opstellen en uitvoeren van behandelplannen. De inspecteur van de Belastingdienst heeft een naheffingsaanslag opgelegd, omdat hij van mening was dat de activiteiten van de belanghebbende niet vrijgesteld zijn van omzetbelasting op grond van artikel 11, eerste lid, onderdeel g, van de Wet op de omzetbelasting 1968. Het Hof oordeelt dat de enkele inschrijving van de vennoot A als verpleegkundige in het register van de Wet BIG niet automatisch betekent dat de vrijstelling van toepassing is. Het Hof stelt vast dat de werkzaamheden van belanghebbende niet in de hoedanigheid van verpleegkundige worden verricht, maar als natuurgenezer. De activiteiten omvatten onder andere alternatieve geneeswijzen zoals acupunctuur en chiropractie, die niet onder de deskundigheid van een verpleegkundige vallen. Het Hof verwerpt ook het beroep op het gelijkheidsbeginsel, omdat de belanghebbende niet kan worden gelijkgesteld aan artsen die dezelfde handelingen verrichten. De uitspraak van de inspecteur wordt bevestigd, en het beroep van de belanghebbende wordt ongegrond verklaard.