2.5 Als getuige heeft [ Appellante ] – voor zover van belang – als volgt verklaard:
“Deze overeenkomsten van effectenlease zijn door mij aangegaan. (...) Ik dacht dat het iets voor mij was omdat ik van collega’s had gehoord dat zij op zulke overeenkomsten winst hadden gemaakt. Ik heb pas in 2004 met mijn man [ X ] over deze overeenkomsten gesproken. Bij het aangaan van de overeenkomsten heb ik er niet met hem over gesproken.
Ik ben er pas achter gekomen dat ook mijn man het Dexia Aanbod had aanvaard naar aanleiding van, ik meen, een lezing van Piet Koremans van het Platform Aandelenlease. Eerder wist ik daar niets van. (...) Ik heb niet met mijn man gesproken dat ik het Dexia Aanbod zou aanvaarden.
Ik heb die brief [van 13 september 2005, hof] wel ondertekend maar niet zelf geschreven. Mijn man kwam hiermee en legde uit dat als ik deze brief zou ondertekenen, hij goede kans had dat geld terug te krijgen.
(...) Onze belastingconsulente heeft de brief geschreven (...). Mijn man en ik deden ieder apart belastingaangifte. De consulente verzorgde dit voor ieder van ons.
(...)
Nu u mij voorhoudt dat ik de drie leaseovereenkomsten die mijn man in 2000 en 2001 is aangegaan heb vernietigd, herinner ik mij dat het mijnheer Meijer is geweest die mij heeft gezegd dat ik juist deze overeenkomsten moest vernietigen. Met de eerdere overeenkomsten kon hij niets meer. (...)
Ik heb pas in november 2004 gehoord dat mijn man effectenlease¬overeenkomsten was aangegaan. Dit was op een feestje bij mijn dochter, waar een vriendin van mijn dochter vertelde over leaseovereenkomsten die zij was aangegaan en waardoor zij zich tekort gedaan voelde. Zij vertelde mij toen dat ik mijn man erin kon steunen om net als zij ook een proces tegen Dexia te beginnen om op die manier nog geld terug te halen. Toen hoorde ik pas voor het eerst dat mijn man leaseovereenkomsten was aangegaan; ik dacht nog: “nou jij weet meer dan ik”. Na het feestje bij mijn dochter zijn de leaseovereenkomsten die mijn man was aangegaan, voor het eerst tussen hem en mij besproken; toen nog niet met naam en toenaam, dit is pas later bij mijnheer Meijer op kantoor gebeurd.
De nummers van de leaseovereenkomsten die in mijn verklaring zijn vermeld, heb ik op kantoor bij mijnheer Meijer vernomen. (...)
Ik weet dat er een nieuwe auto is gekocht nadat mijn man en ik een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan. Die is voor het grootste deel betaald met geld van mijn man. Ik weet niet hoe hij daaraan kwam. Ik heb daarnaar ook niet doorgevraagd. (...)
Ik hoor dit nu voor het eerst. Ik wist niet dat mijn man ruim € 80.000,- van Dexia, volgens Dexia, zou hebben ontvangen. Het is een verrassing voor mij. Ik vraag mij af of het geen guldens zijn geweest. Het viel mij wel op dat mijn man altijd gul was, maar zijn moeder was dit ook.
Ik heb één keer post van Dexia gericht aan mijn man op het adres aan de [ adres ] te [ plaatsnaam ] waarop ik woon, gezien, niet vaker. (...) Ik was in 2000 niet bekend met de hoogte van het inkomen van mijn man.”