In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De rechtbank had in eerste aanleg geoordeeld dat [appellant] niet bevoegd was om namens de besloten vennootschap RAW 3D Products B.V. (hierna: RAW 3D) een overeenkomst aan te gaan met Kluwer B.V. (hierna: Kluwer). De zaak is ontstaan naar aanleiding van facturen die Kluwer aan RAW 3D heeft gestuurd voor deelname aan een beurs en advertenties. Appellant stelt dat hij handelde op basis van een volmacht van RAW 3D, terwijl Kluwer zich beroept op onbevoegde vertegenwoordiging.
De feiten van de zaak zijn als volgt: op 23 april 2010 heeft [appellant] RAW 3D opgegeven als deelnemer aan de beurs MARCOM10 en heeft hij advertenties besteld. Kluwer heeft vervolgens facturen gestuurd aan RAW 3D, maar [appellant] betwist dat hij onbevoegd handelde. In hoger beroep heeft [appellant] bewijsstukken overgelegd en verzocht om vernietiging van het eerdere vonnis, met de stelling dat hij wel degelijk bevoegd was om RAW 3D te vertegenwoordigen.
Het hof heeft geoordeeld dat [appellant] in de gelegenheid moet worden gesteld om bewijs te leveren van zijn volmacht. Het hof heeft daarbij opgemerkt dat de bewijslast voor het bestaan van de volmacht bij [appellant] ligt. De e-mails die [appellant] heeft overgelegd, tonen aan dat de directeur van RAW 3D op de hoogte was van de overeenkomst, maar bewijzen niet ondubbelzinnig dat hij instemde met het aangaan van de overeenkomst namens RAW 3D. Het hof heeft daarom besloten om [appellant] toe te laten tot het bewijs dat hij een toereikende volmacht had om namens RAW 3D de overeenkomsten met Kluwer aan te gaan. De verdere beslissing is aangehouden en een getuigenverhoor is gepland.