ECLI:NL:GHAMS:2013:2571
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Tuchtrechtelijke klacht tegen gerechtsdeurwaarder wegens ongeoorloofd gebruik van zakelijke e-mail voor privédoeleinden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Amsterdam op 20 augustus 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beslissing van de kamer voor gerechtsdeurwaarders. De zaak betreft een klacht van klaagster tegen een gerechtsdeurwaarder, die verweten werd dat een kantoormedewerkster vanaf haar zakelijke e-mailadres een e-mail zonder inhoud had verzonden, met als bijlage een brief over een privégeschil. Het hof oordeelt dat niet is gebleken dat de gerechtsdeurwaarder achter deze handelwijze stond of daarvoor toestemming heeft gegeven. De gerechtsdeurwaarder had beleidsregels opgesteld voor het gebruik van e-mail, die sinds 2010 in gebruik zijn en die het gebruik van zakelijke e-mail voor privédoeleinden op beperkte schaal toestaan, mits dit niet met omvangrijke bijlagen gebeurt. Het hof concludeert dat de gerechtsdeurwaarder voldoende maatregelen heeft getroffen om oneigenlijk gebruik van e-mailfaciliteiten te voorkomen. Daarom wordt de klacht ongegrond verklaard. De beslissing van de kamer wordt vernietigd, en het hof komt tot de conclusie dat de gerechtsdeurwaarder niet tuchtrechtelijk kan worden aangesproken voor het handelen van de kantoormedewerkster. De uitspraak benadrukt het belang van duidelijke beleidsregels binnen een organisatie en de verantwoordelijkheid van de werkgever voor het gedrag van zijn medewerkers.