Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.De feiten
3.Beoordeling
Om verder de aanheling zand en aarde en tevens het afhalen en opnieuw aanbrengen van de randtegels naar uw genoegen te laten plaats vinden, zijn wij het met uw stelling eens dat de heer [X] dit afmaakt, wij zullen dan ook dit zelf faktuur technisch met de heer [X] afhandelen”.
grief 1keert [appellanten] zich tegen de beslissing van de kantonrechter dat [appellanten] geen aanspraak kan maken op vergoeding van de kosten van herstel van het roldek van het zwembad. Op dit punt vordert [appellanten] vergoeding van de factuur van 10 juli 2012 van Stork Zwembaden B.V. van € 5.530,93 (hierboven genoemd onder 3.1.g).
grief 2klaagt [appellanten] over de overweging van de kantonrechter met betrekking tot de vordering van [appellanten] tot betaling van de twee door [X] aan [geïntimeerde] verzonden facturen, in totaal € 10.805,35. De kantonrechter concludeert tot afwijzing van die vordering, kort gezegd, omdat niet gebleken is dat [X] zijn vordering ter zake aan [appellanten] heeft gecedeerd.
grief 3maakt [appellanten] bezwaar tegen de overweging in het vonnis waarin zijn vordering tot schadevergoeding, op te maken bij staat, wordt besproken. Deze vordering is gebaseerd op de stelling dat [geïntimeerde] tekortgeschoten is in de nakoming van haar verplichtingen omdat, ten eerste, het zwembad scheef is geplaatst, te weten ten opzichte van het terras circa 50 centimeter teveel naar links en circa één meter teveel naar achter, en ten tweede sprake is van een kromming in de lengte van de wand van het zwembad.