Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
INTERNATIONAL CARD SERVICES B.V.,
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, die voorlag bij het Gerechtshof Amsterdam, ging het om een proceskostenbegroting in hoger beroep. De appellante, vertegenwoordigd door advocaat mr. J. de Haan, had hoger beroep ingesteld tegen International Card Services B.V. (ICS), vertegenwoordigd door advocaat mr. E.H.J. Slager. Het hof had eerder op 8 juli 2014 een arrest uitgesproken, waartegen ICS een verzoek tot herstel indiende, omdat het hof bij de berekening van de proceskosten geen rekening had gehouden met twee door ICS genomen aktes. De appellante verzet zich tegen dit verzoek.
Het hof beoordeelt dat na de wisseling van memories in hoger beroep geen aktes met bijzondere inhoud mogen worden genomen. ICS had na de memorie van antwoord twee aktes ingediend: een akte uitlating producties op 25 februari 2014 en een akte uitlating geïntimeerde op 22 april 2014. De eerste akte werd als een akte zonder bijzondere inhoud beschouwd, waarvoor geen recht op vergoeding bestaat. De tweede akte, hoewel mogelijk met bijzondere inhoud, had niet genomen mogen worden volgens de geldende regels in hoger beroep. De rolraadsheer had deze akte niet geweigerd, maar dat doet niets af aan het feit dat er geen recht op vergoeding bestaat.
Uiteindelijk heeft het hof het verzoek van ICS tot vergoeding van proceskosten afgewezen. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 26 augustus 2014 door de meervoudige burgerlijke kamer van het hof.