Uitspraak
mr. A.W. Brantjeste Amsterdam,
VERENIGING VAN EIGENAARS [adres],
mr. J.D. Pootte Amsterdam.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om de vraag of extra kosten die verband houden met de administratieve verwerking van huurdersmutaties alleen in rekening kunnen worden gebracht bij de verhurende appartementseigenaren. De appellant, eigenaar van een appartementsrecht, heeft in hoger beroep de beschikking van de kantonrechter van 3 oktober 2014 aangevochten, waarin werd geoordeeld dat de VvE een mutatiefee van € 300,= kon opleggen aan verhurende leden. De VvE had deze kosten ingevoerd omdat de verhuur van appartementen extra administratieve lasten met zich meebracht. De kantonrechter oordeelde dat het besluit niet in strijd was met de wet of de statuten, en dat de kosten redelijk waren, gezien de extra werkzaamheden die de administrateur moest verrichten.
Het hof heeft de zaak op 21 juli 2015 behandeld en geconcludeerd dat de extra kosten voortvloeien uit de in het huishoudelijk reglement aan verhuur gestelde voorwaarden, en dat deze kosten in het belang zijn van de gemeenschappelijke eigenaren. Het hof oordeelde dat de kosten die gemeenschappelijk zijn, in gelijke delen over de appartementseigenaren moeten worden omgeslagen, tenzij het splitsingsreglement een andere verhouding bepaalt. Aangezien het splitsingsreglement geen mogelijkheid biedt om deze kosten alleen ten laste van de verhurende eigenaren te brengen, heeft het hof de bestreden beschikking vernietigd en de besluiten van de VvE nietig verklaard. De VvE moet het splitsingsreglement wijzigen om deze kosten op een andere manier te kunnen toerekenen.
De uitspraak benadrukt het belang van een correcte kostenverdeling binnen een VvE en de noodzaak om het splitsingsreglement aan te passen indien men af wil wijken van de standaardverdeling van gemeenschappelijke kosten. Het hof heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken, wat betekent dat de kosten van de procedure niet aan een van de partijen zijn opgelegd.