3.2.Samengevat weergegeven gaat het in deze zaak om het volgende.
i. Op 9 september 2010 heeft klaagster - kort weergegeven - gekocht:
a. het voortdurend recht van erfpacht
van een perceel grond,gelegen aan het[adres] te [plaats], in eigendom toebehorend aan de gemeente [plaats] (hierna: de gemeente), met de rechten van de erfpachter op het op die grond gerealiseerde kantoorgebouw;
b. het appartementsrecht omvattende het exclusief gebruiksrecht van vijfhonderd parkeerplaatsen en overige ruimten; en
c. het zelfstandig recht van opstal op het terrein, gelegen aan het [adres] te [plaats].
ii. De oud-notaris heeft op 14 september 2010 de akte van levering gepasseerd.
Zowel de verkoper als klaagster was in het proces van de koop en de levering voorzien van deskundige bijstand. In het bijzonder heeft klaagster - naast de oud-notaris - zich laten bijstaan door notaris mr. [X], voornoemd.
iii. Het overgedragen recht van erfpacht maakte deel uit van een meeromvattend recht van erfpacht. Voor het gehele recht van erfpacht heeft de gemeente bij nota van 1 augustus 2010, nummer 841611, de canon ad € 799.152,23 voor de periode 1 augustus 2010 tot 1 februari 2011 aan de verkoper in rekening gebracht.
iv. In de koopovereenkomst is opgenomen dat de erfpachtcanon en de opstalretributie op en per de dag van het ondertekenen van de akte van levering zullen worden verrekend.
v. Klaagster heeft aan de verkoper een bedrag van € 446.842,40 betaald, zijnde de canon en de retributie vanaf de datum van levering tot en met 31 januari 2011. Na de levering is gebleken dat de verkoper de nota van de gemeente van 1 augustus 2010 niet had voldaan. De gemeente heeft naast de verkoper op de voet van artikel 5:92 lid 2 van het Burgerlijk Wetboek (BW) ook klaagster aangesproken tot betaling van de canon en de retributie van 1 augustus 2010 tot 1 februari 2011.
vi. Per 1 januari 2012 is de oud-notaris gedefungeerd.