ECLI:NL:GHAMS:2015:4889

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
24 november 2015
Publicatiedatum
26 november 2015
Zaaknummer
200.124.833/01 NOT
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep van notaris inzake ontzetting uit het ambt

In deze zaak heeft de notaris op 5 april 2013 een beroepschrift ingediend tegen de beslissing van de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Haarlem, die op 19 maart 2013 de notaris de maatregel van ontzetting uit het ambt had opgelegd. De kamer had de klacht van de eerste geïntimeerde niet-ontvankelijk verklaard en de klacht van de tweede geïntimeerde gegrond verklaard. Na verschillende procedures en verzoeken om aanhouding, heeft het hof op 24 november 2015 de notaris niet-ontvankelijk verklaard in zijn hoger beroep, omdat hij dit had ingetrokken. Hierdoor is de eerdere beslissing van de kamer onherroepelijk geworden. Het hof heeft bepaald dat het aan de kamer voor het notariaat in het ressort Amsterdam is om te bepalen wanneer de maatregel van ontzetting uit het ambt van kracht wordt en dit aan de notaris mee te delen. De uitspraak is gedaan door de rechters W.J.J. Los, J.H. Lieber en A.A. van Berge en openbaar uitgesproken op dezelfde datum.

Uitspraak

beslissing
___________________________________________________________________ _ _
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer : 200.124.883/01 NOT
nummers eerste aanleg : K 43.12 en K 22.11
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 24 november 2015
inzake
[appellant] ,
notaris te [plaats] ,
appellant,
tegen
1. Bureau Financieel Toezicht,
gevestigd te Utrecht,
geïntimeerde,
gemachtigde: mr. M.F. Beumer,
2. [geïntimeerde] .,
gevestigd te [plaats] ,
geïntimeerde,
gemachtigde: mr. W.A. Westenbroek, advocaat te Amsterdam.

1.Het geding in hoger beroep

1.1.
Appellant (hierna: de notaris) heeft op 5 april 2013 een beroepschrift - met bijlagen -bij het hof ingediend tegen de beslissing van (toen) de kamer van toezicht over de notarissen en kandidaat-notarissen te Haarlem (hierna: de kamer) van 19 maart 2013 (ECLI:NL:TNOKHAA:2013:YC0943). De kamer heeft in de bestreden beslissing geïntimeerde sub 1 in zijn zelfstandige klacht niet-ontvankelijk verklaard, de ambtshalve bedenkingen van de voorzitter van de kamer grotendeels gegrond en voor het overige ongegrond verklaard, de klacht van geïntimeerde sub 2 gegrond verklaard en aan de notaris de maatregel van ontzetting uit het ambt opgelegd.
1.2.
Op 16 mei 2013 is een aanvullend beroepschrift - met bijlage - van de notaris ontvangen.
1.3.
Op 7 juni 2013 en 12 juni 2013 zijn verweerschriften van respectievelijk geïntimeerde sub 1 en geïntimeerde sub 2 ontvangen.
1.4.
Vervolgens is de mondelinge behandeling van de zaak bepaald op 26 september 2013.
1.5.
Bij brief van 10 september 2013 heeft de notaris verzocht om aanhouding van de mondelinge behandeling van de tuchtzaak totdat het hof in de strafzaak zal hebben beslist. Nadat geïntimeerden op dit aanhoudingsverzoek hadden gereageerd, heeft het hof op
16 september 2013 beslist dat de mondelinge behandeling zal worden aangehouden in afwachting van de uitspraak in de strafzaak tegen de notaris.
1.6.
Het hof heeft op 27 februari 2015 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de notaris. Vervolgens is een nieuwe mondelinge behandeling van de zaak bepaald op 12 november 2015.
1.7.
Van de notaris is op 22 oktober 2015 een verzoek ontvangen tot aanhouding van de mondelinge behandeling van de zaak totdat de uitspraak in de strafzaak tegen hem onherroepelijk is geworden. Nadat geïntimeerden zich over dit aanhoudingsverzoek hadden uitgelaten, heeft het hof het verzoek van de notaris op 3 november 2015 afgewezen.
1.8.
Op 5 november 2013 is van de notaris een verzoek tot heroverweging van de op
3 november 2015 door het hof genomen beslissing ontvangen. Geïntimeerden hebben op
5 november 2015 op het verzoek van de notaris gereageerd. Hierop heeft het hof diezelfde dag aan partijen laten weten geen reden te zien om terug te komen op de op 3 november 2015 gegeven beslissing.
1.9.
De notaris heeft vervolgens bij - per e-mail bij het hof ingekomen - brief van 11 november 2015 het hoger beroep ingetrokken, aangezien het hof persisteerde in zijn beslissing om de mondelinge behandeling van de zaak niet aan te houden.

2.Beoordeling

Nu de notaris het hoger beroep heeft ingetrokken, kan hij niet in het beroep worden ontvangen.
Het voorgaande brengt mee dat de beslissing van de kamer waarbij de notaris de maatregel van ontzetting uit het ambt is opgelegd, onherroepelijk wordt. Gelet op artikel 105 van de Wet op het notarisambt is het aan (thans) de kamer voor het notariaat in het ressort Amsterdam om te bepalen op welke datum de maatregel van ontzetting uit het ambt ten aanzien van de notaris van kracht wordt en dit bij aangetekende brief aan de notaris mee te delen.

3.Beslissing

Het hof verklaart de notaris niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Deze beslissing is gegeven door mrs. W.J.J. Los, J.H. Lieber en A.A. van Berge en in het openbaar uitgesproken op 24 november 2015 door de rolraadsheer.