dhr. mr. J.H. Lieber

Het hof schorst een notaris voor vier maanden wegens nalatigheid bij de afwikkeling van een nalatenschap, na een klacht van het BFT.

Het hof heeft [geïntimeerde] verboden contact te hebben met [rechthebbende] gedurende een jaar, onder verbeurte van een dwangsom, en de proceskosten toegewezen aan de curatoren.

Klager heeft een klacht ingediend tegen een gerechtsdeurwaarder over onterecht gevorderde incassokosten na te late betaling. Het hof verklaart de klacht ongegrond en bevestigt de eerdere beslissing van de kamer.

Het hof behandelt de afwikkeling van een echtscheiding en de waardering van aandelen in een onderneming. De man moet € 122.908,50 aan de vrouw betalen en de zorgregeling voor de kinderen wordt vastgesteld.

Klaagster komt in hoger beroep van een ongegrond verklaard verzet tegen een gerechtsdeurwaarder. Het hof verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk op basis van artikel 39 lid 4 Gdw.

Klager dient een tweede klacht in tegen de notaris over advies inzake erfpacht en parkeerplaats. Het hof verklaart de klacht niet-ontvankelijk op basis van ne bis in idem.

Het hof oordeelt dat de klacht tegen de notaris ongegrond is, omdat zij voldoende zorgvuldigheid heeft betracht bij de beoordeling van de wilsbekwaamheid van de erflater.

Klaagster dient klacht in tegen notaris over leveringsakte en depotovereenkomst. Hof oordeelt dat klachten ongegrond zijn en bevestigt de beslissing van de notaris.

Klaagster diende een klacht in tegen de notaris over de levering van een appartement. Het hof oordeelt dat de klachten ongegrond zijn en dat de notaris niet onzorgvuldig heeft gehandeld.

Klager dient een tweede klacht in tegen de notaris over erfpacht en parkeerplaats. Het hof verklaart de klacht niet-ontvankelijk op basis van ne bis in idem.

Hoger beroep van klaagster tegen ongegrond verklaard verzet tegen gerechtsdeurwaarder is niet-ontvankelijk verklaard. Geen doorbrekingsgrond aanwezig.

Het hof ontbindt de pachtovereenkomst tussen [verpachter] en [pachter] per 1 januari 2026 wegens onvoldoende persoonlijk gebruik door [pachter] en dringend eigen gebruik door [verpachter].

Hoger beroep over afgifte van inboedelzaken tussen ex-partners. Het hof bevestigt eerdere voorzieningen en voegt Richmond spullen toe aan de af te geven zaken.

Klaagster komt in hoger beroep van een ongegrond verklaard verzet tegen een gerechtsdeurwaarder. Het hof verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk op basis van artikel 39 lid 4 Gdw.

Klager dient een tweede klacht in tegen de notaris over advies inzake een tweede parkeerplaats. Het hof verklaart de klacht niet-ontvankelijk op basis van ne bis in idem.

Klaagster diende een klacht in tegen een notaris over een leveringsakte en depotovereenkomst. Het hof verklaarde de klacht ongegrond, oordelend dat de notaris correct heeft gehandeld.

Echtscheiding tussen man en vrouw met internationale elementen; zorgregeling en verdeling van huwelijksgoederen. Het hof heeft de zorgregeling uitgebreid en een stuk grond in Turkije tot de verwervingen gerekend.

Het hof heeft een uitingsverbod opgelegd aan de geïntimeerde en het contact- en locatieverbod afgewezen. Dwangsom van € 1.000,- per overtreding, max. € 50.000,-.

Het hof oordeelt dat de vader ontvankelijk is in hoger beroep, maar wijst zijn verzoeken tot vervallenverklaring van de schriftelijke aanwijzing en wijziging van de zorgregeling af. De beslissing van de kinderrechter wordt bekrachtigd.

Het hof bekrachtigt de beslissing van de rechtbank dat de moeder alleen het gezag over de kinderen heeft en handhaaft de omgangsregeling.

Het hof verlengt de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen en bekrachtigt de beslissing van de rechtbank, waarbij de rol van de ouders in contactherstel centraal staat.

Het hof bekrachtigt de beslissing van de rechtbank Gelderland over de zorgregeling voor de minderjarigen, waarbij de GI de regie houdt.

Klager is niet-ontvankelijk in hoger beroep tegen de beslissing van de kamer voor het notariaat, omdat hij zijn hoger beroep heeft ingetrokken.

Hoger beroep over zorgregeling tussen ouders van minderjarige kinderen. Het hof bepaalt dat de vader verantwoordelijk is voor het vervoer van de kinderen tijdens de zwangerschap van de moeder. Dwangsom afgewezen.

Het hof verklaart de vader niet-ontvankelijk in zijn verzoek om een omgangsregeling met zijn meerderjarige kinderen en compenseert de proceskosten.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank Gelderland, waarbij de hoofdverblijfplaats van de kinderen is vastgesteld bij de vader.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de rechtbank waarbij het gezamenlijk gezag van de ouders is beëindigd en de moeder alleen het gezag heeft.

Tussenbeschikking over uithuisplaatsing en schriftelijke aanwijzing; moeder niet-ontvankelijk in hoger beroep tegen kinderrechter; vader als belanghebbende aangemerkt; nieuwe mondelinge behandeling volgt.

Het hof bekrachtigt de ondertoezichtstelling van [de minderjarige3] vanwege ernstige zorgen over haar ontwikkeling en onvoldoende medewerking van de ouders aan hulpverlening.

Hoger beroep over kinderalimentatie van € 500,- per maand. Man betwist overeenkomst en wijziging van omstandigheden. Hof bekrachtigt eerdere beschikking.

Het hof verleent de moeder vervangende toestemming voor de wijziging van de geslachtsnaam van haar minderjarige kind in een gecombineerde achternaam, na vernietiging van de eerdere beschikking van de rechtbank.

Het hof heeft in hoger beroep de eindbeslissingen over gezag, hoofdverblijfplaats en zorgregeling aangehouden en de kinderalimentatie vastgesteld op € 50,- per kind per maand.

Het hof bekrachtigt de beschikking van de kantonrechter en oordeelt dat de verzoekster de nalatenschap beneficiair heeft aanvaard, omdat zij niet binnen de termijn van drie maanden heeft verzocht om verwerping.

Het hof heeft de moeder alleen belast met het gezag over de kinderen, gezien het verleden van misbruik door de vader. Een begeleide omgangsregeling is vastgesteld.

Het hof bekrachtigt de verlenging van de ondertoezichtstelling van de minderjarige [de minderjarige1] tot 16 maart 2026, gezien de aanhoudende zorgen over zijn ontwikkeling en thuissituatie.

Het hof bekrachtigt de uithuisplaatsing van drie minderjarigen tot 27 december 2025, gezien de zorgen over hun ontwikkeling en de rol van de ouders.

Het hof oordeelt dat de aandelen in de B.V. niet tot de huwelijksgemeenschap behoren, maar dat de economische eigendom aan de man toekomt. Hij moet € 90.275,50 aan de vrouw betalen.

Het hof verklaart de GI niet-ontvankelijk in haar verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van de kinderen, na afwijzing door de kinderrechter.

Het hof oordeelt dat er een overeenkomst tot stand is gekomen over de afwikkeling van nalatenschappen en wijst de vordering tot vervangende schadevergoeding toe.

Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft in hoger beroep de beschikking van de rechtbank vernietigd en beslist conform de ondertekende overeenkomst tussen ouders over hun kinderen.

Broer en zus in geschil over geldlening van vader; hof oordeelt over verjaring en opeisbaarheid van vorderingen.

Hoger beroep over erfgrensgeschil tussen erfgenamen; hof bevestigt eerdere vonnissen en wijst vorderingen af.

Hoger beroep over ontslag testamentair bewindvoerder wegens verstoorde verhouding en tekortkomingen in verantwoording. Hof bekrachtigt eerdere beslissingen en veroordeelt appellant tot proceskosten.

Het hof behandelt een geschil over de legitieme portie van erfgenamen en de waardering van de nalatenschap, met een focus op de woning van de erflaatster.

Hoger beroep over bedrog in echtscheidingsprocedure; vrouw vordert vernietiging van aandelenwaardering in convenant. Hof staat bewijslevering toe.

Het hof bekrachtigt de verlenging van de uithuisplaatsing van een minderjarige tot 29 september 2025, omdat ouders onvoldoende inzicht hebben in de benodigde zorg.

Klager diende een klacht in tegen notarissen wegens onvoldoende informatieplicht bij echtscheiding. Het hof verklaarde de klacht ongegrond en bevestigde de eerdere beslissing.

Het hof heeft de klacht van de klager tegen de notaris ongegrond verklaard, omdat niet is vastgesteld dat de notaris over stukken beschikt die hij aan de klager had moeten verstrekken.

Klager dient klacht in tegen oud-notaris over geldlening en hypotheekrecht. Hof verklaart klacht niet-ontvankelijk wegens gebrek aan redelijk belang.

Hoger beroep over afgifte van stukken en erfgenaamschap na overlijden van [naam1]. Het hof oordeelt dat [geïntimeerde] een afschrift van de samenlevingsovereenkomst moet geven, maar wijst andere vorderingen af.