Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
wat mij betreft een helder en kloppend verhaal.’
3.Beoordeling
datde gemaakte afspraken nog door adviseur Teeuwen nader zouden worden vastgelegd; het wordt immers aan Teeuwen overgelaten
ofvastlegging nog nodig is. Uit de enkele omstandigheid dat Pro Dev niet meer heeft gereageerd op de e-mail van [B] volgt bovendien niet dat tijdens het overleg, enkele dagen tevoren, geen overeenkomst tot stand is gekomen.
eenonherroepelijke bouwvergunning voor zijn bouwplan krijgt. Het gespreksverslag verwijst niet naar een specifieke bouwvergunning. Daarom kan niet ervan worden uitgegaan dat als voorwaarde gold dat exact de ten tijde van het gesprek aangevraagde bouwvergunning zou worden verleend. Daar komt bij dat [geïntimeerde] niet heeft onderbouwd dat het bouwplan op basis waarvan de bouwvergunning is verleend op een voor Pro Dev relevante wijze afweek van het bouwplan dat ten grondslag lag aan de in 2010 aangevraagde bouwvergunning, in het bijzonder niet dat daarbij geen sprake (meer) was van verminderde lichtinval in de bovenwoningen van de [adres 1] . [geïntimeerde] heeft zelfs verklaard dat de bouwtekening op zichzelf niet was veranderd en dat een nieuwe aanvraag voor een bouwvergunning het gevolg was van het feit dat de in 2010 aangevraagde bouwvergunning niet kon worden verleend op de grond dat een bestemmingsplan ontbrak. Het verweer wordt verworpen.
4.Beslissing
uiterlijk op 8 november 2016 schriftelijk en onder opgave van de verhinderdata van partijen, hun advocaten en de voor te brengen getuigen in de periode van januari 2017 tot en met maart 2017 aan het (enquêtebureau van het) hof dient te verzoeken een datum te bepalen;