ECLI:NL:GHAMS:2016:491
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- G.C. Boot
- S.F. Schütz
- M.L.D. Akkaya
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake gezagsverhouding en onrechtmatige daad in payrollconstructie
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen Executive Property Invest B.V. (EPI) naar aanleiding van een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. [appellant] was in dienst bij ADLB B.V. en heeft werkzaamheden verricht in het Hirschgebouw in Amsterdam. EPI heeft de overeenkomst met ADLB beëindigd, waarna ADLB de arbeidsovereenkomst met [appellant] heeft opgezegd. [appellant] heeft de nietigheid van deze opzegging ingeroepen en vorderingen ingesteld tegen ADLB. In hoger beroep vordert hij dat EPI hoofdelijk wordt veroordeeld tot betaling van achterstallig salaris en andere vergoedingen, stellende dat er een gezagsverhouding bestond tussen hem en EPI, en dat de overeenkomst met ADLB als een payrollcontract moet worden aangemerkt.
Het hof overweegt dat [appellant] in eerdere procedures alleen ADLB als zijn werkgever heeft beschouwd en dat zijn huidige stelling dat EPI zijn werkgever is, niet voldoende onderbouwd is. Het hof concludeert dat er geen sprake is van een gezagsverhouding tussen [appellant] en EPI. Daarnaast wordt de vordering op basis van onrechtmatige daad afgewezen, omdat EPI niet aansprakelijk kan worden gesteld voor de betalingsverplichtingen van ADLB. Het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter en veroordeelt [appellant] in de proceskosten van het hoger beroep.