ECLI:NL:GHAMS:2018:1254
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake invaliditeitspensioen werknemer in de bouw
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een werknemer in de bouw, hier aangeduid als [appellant], die in hoger beroep is gekomen van een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam. De werknemer, die arbeidsongeschikt is geraakt, vordert een hoger invaliditeitspensioen dan het hem toegekende pensioen, dat is gebaseerd op het WAO-dagloon. De kantonrechter heeft zijn vorderingen afgewezen, en [appellant] heeft grieven ingediend tegen deze beslissing. Het hof heeft vastgesteld dat de hoogte van het invaliditeitspensioen conform de reglementen is vastgesteld en dat er geen gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat hij aanspraak kan maken op een hoger pensioen gebaseerd op zijn laatstverdiende loon. Het hof concludeert dat de grieven van [appellant] niet tot vernietiging van het vonnis kunnen leiden. De primaire en subsidiaire vorderingen van [appellant] zijn afgewezen, en hij wordt veroordeeld in de kosten van de procedure in appel.