Uitspraak
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
grief Iwordt geklaagd over de juist- en volledigheid van de door de rechtbank vastgestelde feiten, zal het hof deze klachten in aanmerking nemen bij onderstaande samenvatting van de feiten. Samengevat en waar nodig aangevuld met andere feiten die als enerzijds gesteld en anderzijds niet of onvoldoende betwist zijn komen vast te staan, zal van de volgende feiten worden uitgegaan.
in contanten het bedrag overeenkomende met het versterfdeel hetwelk
3.Beoordeling
Grief Vricht zich tegen het oordeel van de rechtbank dat [X] eerder reeds door Post was voorgelicht over de gevolgen van de verwerping van de nalatenschap en dat daarom niet valt in te zien dat en waarom (nadere) voorlichting door de notaris [X] tot een andere keuze had gebracht. Deze grieven lenen zich voor gezamenlijke bespreking.
NJ2016/295). Een notaris dient als beroepsbeoefenaar de zorgvuldigheid te betrachten die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot mag worden verwacht. In het onderhavige geval bracht deze zorgvuldigheidsplicht mee dat de notaris zich ervan vergewiste dat [X] zich bewust was van de belangrijkste (civielrechtelijke) consequenties van de verwerping van de erfenis van [A] , en dat hij maatregelen adviseerde om [X] te beschermen tegen het risico dat [C] en [B] bij verwerping van de erfenis een onmiddellijk opeisbare vordering op hem zouden krijgen. Op [X] rust de stelplicht en bewijslast van feiten en omstandigheden die het oordeel kunnen dragen dat de notaris als beroepsbeoefenaar in de nakoming van zijn zorgvuldigheidsplicht is tekortgeschoten. Van de notaris kan evenwel worden verlangd dat hij voldoende feitelijke gegevens verstrekt ter motivering van zijn betwisting van de stellingen van [X] , teneinde hem aanknopingspunten voor eventuele bewijslevering te verschaffen. Voor zover de notaris geen aantekeningen bijhoudt en bewaart van hetgeen hij in het kader van zijn voorlichtingsplicht met de betrokkene heeft besproken, kan dat ertoe leiden dat hij niet aan de zojuist genoemde motiveringsplicht kan voldoen, hetgeen dan voor zijn risico komt.
grieven II en IV, die zich richten tegen het oordeel van de rechtbank dat de notaris ook niet bij latere gelegenheden zijn zorgplicht jegens [X] heeft geschonden, bijvoorbeeld door ook in het kader van de akte Verdeling en levering in 2003 geen nadere afspraken omtrent de opeisbaarheid van de vorderingen te adviseren. De omstandigheid dat de familieverhoudingen in 2003 nog goed waren doet hieraan niet af. Ook van de aan de akte Verdeling en levering voorafgaande gesprekken kan de notaris geen aantekeningen overleggen. Bovendien heeft hij erkend dat hij niet heeft gereageerd op de (onjuiste) e-mail van Post van 9 mei 2007 van Post omtrent de opeisbaarheid van de vorderingen op [X] . Ook overigens heeft notaris zijn verweer tegen de stelling van [X] dat deze ook op latere momenten niet is voorgelicht en evenmin maatregelen heeft geadviseerd om [X] te beschermen tegen de risico’s van de verwerping, niet voldoende gemotiveerd onderbouwd. Daarom moet het ervoor worden gehouden dat [X] ook bij die latere gelegenheden jegens [X] in zijn zorgplicht tekort is geschoten.