ECLI:NL:GHAMS:2018:1842
Gerechtshof Amsterdam
- Tussenbeschikking
- Rechtspraak.nl
Verzoek om erkenning en verlof tot tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis met betrekking tot overgangsrecht Wet modernisering Arbitragerecht
In deze zaak heeft GET Group FZE, gevestigd te Dubai, een verzoek ingediend bij het Gerechtshof Amsterdam om erkenning en verlof tot tenuitvoerlegging van een buitenlands arbitraal vonnis. Dit vonnis was op 23 november 2015 te Dubai gewezen en is hersteld bij een later vonnis op 30 december 2015. GET Group heeft het verzoek ingediend op basis van artikel 1075, althans artikel 1076 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De zaak is aanhangig gemaakt op 13 juli 2017, en de vraag die centraal staat is of het hof bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen, gezien de overgangsregels van de Wet modernisering Arbitragerecht die op 1 januari 2015 in werking zijn getreden.
Tijdens de procedure heeft Bankswitch Ghana Limited, de gerekwestreerde partij, betoogd dat het hof onbevoegd is en heeft verzocht de zaak naar de rechtbank Amsterdam te verwijzen. Het hof heeft echter geoordeeld dat het huidige procesrecht van toepassing is, omdat de arbitrage aanhangig was na de inwerkingtreding van de nieuwe wet. Het hof heeft zich bevoegd verklaard om het verzoek te behandelen en heeft bepaald dat Bankswitch de gelegenheid krijgt om een verweerschrift in te dienen. De verdere beslissing is aangehouden en de zaak zal worden voortgezet met een mondelinge behandeling.
De uitspraak van het hof benadrukt de toepassing van het huidige procesrecht en de bevoegdheid van het hof om kennis te nemen van het verzoek, ondanks de eerdere argumenten van Bankswitch. De beslissing is op 29 mei 2018 openbaar uitgesproken door de meervoudige burgerlijke kamer van het Gerechtshof Amsterdam.