ECLI:NL:GHAMS:2018:3877

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
23 oktober 2018
Publicatiedatum
24 oktober 2018
Zaaknummer
200.247.362/01
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenarrest in hoger beroep tussen [X] Beheer B.V. en [Y] B.V. met betrekking tot civiele rechtszaak

In deze zaak, die voor het Gerechtshof Amsterdam is behandeld, gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [X] Beheer B.V. tegen [Y] B.V. De appellante, vertegenwoordigd door advocaat mr. F.L.J. van Dijk-Braun, heeft hoger beroep ingesteld tegen een of meer vonnissen die eerder in deze zaak zijn gewezen. De geïntimeerde, [Y] B.V., is vertegenwoordigd door advocaat mr. F.C. Borst. Het hof heeft op 23 oktober 2018 een tussenarrest gewezen, waarin het hof heeft besloten om een comparitie van partijen te gelasten. Dit is bedoeld om inlichtingen te verkrijgen, een minnelijke regeling te beproeven en het verdere verloop van het hoger beroep te bespreken. Het hof heeft daarbij aangegeven dat onder andere mediation, bewijsvoering en rapportage door deskundigen aan de orde kunnen komen. De comparitie zal plaatsvinden in het Paleis van Justitie in Amsterdam, en partijen moeten zich laten vertegenwoordigen door iemand die van de zaak op de hoogte is en bevoegd is om een schikking aan te gaan. Het hof heeft ook bepaald dat partijen binnen twee weken hun verhinderdagen moeten opgeven, waarna de datum van de comparitie zal worden vastgesteld. Tevens is bepaald dat de appellante een kopie van het volledige procesdossier moet indienen en dat partijen uiterlijk twee weken voor de comparitie de stukken waarop zij zich willen beroepen, in kopie moeten overleggen. Het hof heeft verder iedere beslissing aangehouden.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer : 200.247.362/01
zaaknummer rechtbank : 6688473 CV EXPl 18-4503
arrest van de meervoudige burgerlijke kamer van 23 oktober 2018
inzake
[X] BEHEER B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
appellante,
advocaat: mr. F.L.J. van Dijk-Braun te Amstelveen,
tegen
[Y] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
geïntimeerde,
advocaat: mr. F.C. Borst te Amsterdam.

1.Het geding in hoger beroep

Appellante heeft bij exploot geïntimeerde aangezegd in hoger beroep te komen van een of meer tussen partijen in de onderhavige zaak gewezen vonnissen, met dagvaarding van geïntimeerde voor dit hof.
De zaak is op de rol ingeschreven en geïntimeerde is bij advocaat verschenen.

2.Beoordeling

Het hof ziet aanleiding om een comparitie van partijen te gelasten. Het doel is het verkrijgen van inlichtingen, het beproeven van een minnelijke regeling en/of het bespreken van het verdere verloop van het hoger beroep, waarbij onder meer mediation, bewijsvoering en/of rapportage door deskundigen aan de orde kunnen komen. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

3.Beslissing

Het hof:
bepaalt dat partijen in persoon respectievelijk, voor zover partijen rechtspersoon zijn, vertegenwoordigd door iemand die van de zaak op de hoogte en tot het geven van de verlangde inlichtingen in staat is en die bevoegd is (door schriftelijke machtiging of anderszins) tot het aangaan van een schikking, tezamen met hun advocaten zullen verschijnen voor het tot raadsheercommissaris benoemde lid van het hof mr. J.C. Toorman, die daartoe zitting zal houden in het Paleis van Justitie, IJdok 20 te Amsterdam, op een nader te bepalen tijdstip, tot het hiervoor onder 2 omschreven doel;
bepaalt dat partijen binnen 2 weken na heden op de rol van 6 november 2018 hun verhinderdagen en die van hun advocaten voor de eerstkomende 4 maanden kunnen opgeven, waarna het hof de dag en het tijdstip van de comparitie zal vaststellen, in welk geval behoudens klemmende redenen of overmacht geen uitstel van de comparitie meer zal worden verleend;
bepaalt dat de datum van de comparitie na aanbrengen in het roljournaal vermeld zal worden;
bepaalt dat
appellante uiterlijk 4 weken na heden een kopie van het volledige procesdossier (de stukken van de eerste aanleg met inbegrip van de producties en de appeldagvaarding)in tweevoudzal indienenbij het hof (roladministratie – team handel);
bepaalt dat partijen uiterlijk 2 weken vóór de dag van de comparitie de stukken waarop zij voor het overige een beroep zouden willen doen, in kopie over zullen leggen door toezending aan het hof (roladministratie – team handel) en de wederpartij;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door J.C.W. Rang, J.W. Hoekzema en A.R. Sturhoofd en in het openbaar uitgesproken op 23 oktober 2018 in tegenwoordigheid van de griffier.