AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Profijtontneming en valsheid in geschrift met betrekking tot valse arbeidsovereenkomsten
In deze zaak heeft het gerechtshof Amsterdam op 12 oktober 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam. De veroordeelde, geboren in China in 1989, was eerder veroordeeld voor het opzettelijk gebruik maken van valse arbeidsovereenkomsten. Het openbaar ministerie had gevorderd dat de veroordeelde een bedrag van € 190.405,00 zou betalen aan de Staat ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De rechtbank had deze vordering eerder toegewezen. De veroordeelde heeft hoger beroep ingesteld tegen deze beslissing.
Het hof heeft vastgesteld dat de veroordeelde valse arbeidsovereenkomsten heeft gebruikt om tewerkstellingsvergunningen te verkrijgen voor verschillende werknemers. Hierdoor heeft de veroordeelde onterecht bespaard op loonkosten, wat als wederrechtelijk verkregen voordeel wordt beschouwd. Het hof heeft de vordering van het openbaar ministerie in stand gelaten en de verplichting tot betaling aan de Staat vastgesteld op een bedrag van € 107.396,00. Dit bedrag is gebaseerd op de besparing van loonkosten die de veroordeelde heeft gerealiseerd door het gebruik van valse arbeidsovereenkomsten.
De verdediging heeft betoogd dat de vordering onjuist is berekend en dat de veroordeelde geen voordeel heeft genoten. Het hof heeft echter geoordeeld dat de besparing van loonkosten, die voortkwam uit het gebruik van valse arbeidsovereenkomsten, als wederrechtelijk verkregen voordeel moet worden aangemerkt. De berekening van het wederrechtelijk verkregen voordeel is uitgevoerd op basis van de uren die de werknemers daadwerkelijk hebben gewerkt, naast de overeengekomen uren in de arbeidsovereenkomsten. Het hof heeft de vordering van het openbaar ministerie toegewezen en de eerdere uitspraak van de rechtbank vernietigd.
Voetnoten
1.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1090.
2.Proces-verbaal van verhoor [naam 7] , op 2 april 2013 opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , pagina 510.
3.Proces-verbaal van verhoor [naam 7] , op 2 april 2013 opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , pagina 512.
4.Een geschrift, te weten een arbeidsovereenkomst tussen [bedrijf] [naam 2] en [naam 8] [naam 1] , DZK-006-02, pagina 709A.
5.Een geschrift, zijnde een brief van 2 september 2013 van [naam 9] , Hoofd Bureau TWV/AJD aan [naam 10] , DOC-060-01, pagina’s 1061-1062.
6.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1094.
7.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1094.
8.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1094.
9.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1095.
10.Rapport berekening wederrechtelijk verkregen voordeel, op 27 november 2013 opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] , pagina 1095.