ECLI:NL:GHAMS:2019:1333
Gerechtshof Amsterdam
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Incident tot voeging van zaken in hoger beroep tussen ABN AMRO BANK N.V. en curator van [X] Recycling B.V.
In deze zaak heeft ABN AMRO BANK N.V. hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Amsterdam van 11 juli 2018. De bank is in hoger beroep gekomen na een dagvaarding op 5 oktober 2018, waarbij de curator van [X] Recycling B.V. als geïntimeerde is betrokken. De bank heeft in het hoger beroep een incidentele vordering ingediend op basis van artikel 222 Rv, waarin zij verzocht heeft om voeging van de onderhavige zaak met een andere aanhangige zaak bij het hof, onder zaaknummer 200.249.229/01. De curator heeft zich gerefereerd aan het oordeel van het hof en heeft geen bezwaar gemaakt tegen de voeging.
Het hof heeft beoordeeld of aan de eisen van artikel 222 lid 1 Rv is voldaan en heeft geconcludeerd dat dit het geval is. De zaken zijn verknocht en zullen worden gevoegd. De beslissing over de proceskosten is aangehouden tot het eindarrest in de hoofdzaak. De hoofdzaak is verwezen naar de rol van 28 mei 2019 voor het nemen van een memorie van antwoord door de curator. Het hof heeft in het openbaar uitspraak gedaan op 16 april 2019.