Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.Het geding in hoger beroep
2.Feiten
3.Beoordeling
datnakoming van de exploitatieplicht leidt tot niet-nakoming van de met derden getroffen regelingen. De grief faalt.
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van HBC Netherlands B.V. tegen een vonnis van de kantonrechter in Amsterdam, waarin HBC werd veroordeeld tot nakoming van haar exploitatieverplichting uit een huurovereenkomst voor winkelruimte. HBC huurt sinds 1 september 2016 winkelruimte van [X] Groep B.V. en is verplicht om deze ruimte gedurende de eerste vijf jaar na opening te exploiteren. De kantonrechter had eerder geoordeeld dat HBC tekortschiet in haar verplichtingen door [X] niet tijdig te informeren over haar plannen om de exploitatie te staken. HBC heeft in september 2019 aangekondigd al haar winkels in Nederland te sluiten, wat heeft geleid tot een sommaties van [X] om de exploitatie voort te zetten. In hoger beroep heeft HBC de grieven ingediend tegen de eerdere uitspraak, maar het hof oordeelt dat HBC haar verplichtingen niet nakomt en bevestigt de eerdere beslissing van de kantonrechter. Het hof wijst de incidentele vorderingen van HBC af en bekrachtigt het vonnis, waarbij HBC wordt veroordeeld in de proceskosten.