Uitspraak
1.hij op of omstreeks 17 augustus 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een portemonnee met inhoud, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte;
2.hij op of omstreeks 17 augustus 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, (telkens) ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen geld en/of goederen van verdachtes gading, in elk geval enig goed, (telkens) toebehorende aan een ander of anderen dan aan verdachte, (telkens)
3.hij op of omstreeks 17 augustus 2017, te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer,, althans in Nederland, (telkens) een of meerdere voorwerp(en), te weten een of meerdere bankbiljet(ten) en/of een mobiele telefoon (ingesteld op de Noorse/een Scandinavische taal), de werkelijke aard, de herkomst, de vindplaats, de vervreemding en/of de verplaatsing heeft verborgen en/of verhuld en/of heeft verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende op voornoemde voorwerp(en), was/waren en/of heeft verborgen en/of verhuld wie voornoemde voorwerp(en) voorhanden heeft gehad, terwijl hij (telkens) wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden dat dat/die voorwerp(en) geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf;
4.hij op of omstreeks 17 augustus 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer,, in elk geval in Nederland, als vreemdeling heeft verbleven, terwijl hij wist of ernstige reden had te vermoeden dat hij op grond van artikel 67 van de Vreemdelingenwet 2000, in elk geval op grond van enig wettelijk voorschrift, tot ongewenst vreemdeling was verklaard, of terwijl tegen hem een inreisverbod was uitgevaardigd met toepassing van artikel 66a, zevende lid, van de Vreemdelingenwet 2000;
1 tenlastegelegde heeft zij aangevoerd dat onvoldoende bewijs voorhanden is waaruit volgt dat de verdachte de portemonnee heeft weggenomen, en daarmee dat de lezing van de verdachte dat hij de portemonnee heeft gevonden mogelijk is. Met betrekking tot het onder 2 tenlastegelegde heeft zij zich op het standpunt gesteld dat de handelingen in het dossier onvoldoende feitelijk zijn omschreven om tot een bewezenverklaring te kunnen komen.
2.2.hij op 17 augustus 2017 te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening weg te nemen geld en/of goederen van verdachtes gading, toebehorend aan een ander dan aan verdachte,
[café 1]en
[café 2]en
[café 3]en
[café 3]en
[café 1]en
gevangenisstrafvoor de duur van
4 (vier) maanden.
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: