ECLI:NL:GHAMS:2023:356
Gerechtshof Amsterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Zorgregeling en verdeling van inboedel na echtscheiding
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam op 14 februari 2023, zijn de zorgregeling en de verdeling van de inboedel na de echtscheiding van de man en de vrouw aan de orde. De man en de vrouw zijn in 2012 gehuwd en hebben samen twee minderjarige kinderen, [kind 1] en [kind 2], geboren in 2009 en 2011. Na de ontbinding van hun huwelijk op 18 augustus 2022, hebben zij gezamenlijk het gezag over de kinderen. De man heeft in hoger beroep de zorgregeling aangevochten, waarbij hij verzocht om een 50/50 regeling, terwijl de vrouw zich verzet tegen deze wijziging en stelt dat de huidige regeling in het belang van de kinderen is. Het hof heeft de bestreden beschikking van de rechtbank bekrachtigd, waarbij het hoofdverblijf van de kinderen bij de vrouw is vastgesteld en de zorgregeling is aangepast aan de behoeften van de kinderen, die steeds meer behoefte hebben aan stabiliteit en een eigen invulling van hun dag.
Daarnaast is de verdeling van de inboedel aan de orde gekomen. De man en de vrouw hebben verschillende standpunten ingenomen over de verdeling van de inboedelgoederen. Het hof heeft geoordeeld dat de vrouw de inboedelzaken toebedeeld krijgt, met uitzondering van bepaalde zaken die aan de man zijn toegewezen. Tevens is bepaald dat de vrouw een bedrag van € 1.001,- aan de man dient te vergoeden uit hoofde van overbedeling. De beslissing van het hof is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beschikking onmiddellijk van kracht is, ongeacht eventuele hoger beroep procedures.