ECLI:NL:GHAMS:2024:2258

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
30 april 2024
Publicatiedatum
13 augustus 2024
Zaaknummer
23-003158-23
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging vonnis en niet-ontvankelijkheid openbaar ministerie wegens overlijden verdachte

Op 30 april 2024 heeft het Gerechtshof Amsterdam uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam, dat op 16 november 2023 was gewezen. De zaak betreft een verdachte die op [geboortedag] 1980 in [geboorteplaats] ([geboorteland]) is geboren. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en de argumenten van de raadsman.

Echter, blijkens een akte van overlijden, opgemaakt op 15 april 2024, is de verdachte op [datum] 2024 overleden. Dit heeft geleid tot de conclusie dat het recht tot strafvordering is vervallen, zoals bepaald in artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht. Het openbaar ministerie dient derhalve niet-ontvankelijk te worden verklaard in de strafvervolging.

Het hof heeft het vonnis waarvan beroep vernietigd en opnieuw recht gedaan door het openbaar ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in de vervolging. Deze beslissing is genomen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof, waarin drie rechters zitting hadden. Het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 april 2024.

Uitspraak

afdeling strafrecht
parketnummer: 23-003158-23
datum uitspraak: 30 april 2024
Arrest van het gerechtshof Amsterdam gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Amsterdam van 16 november 2023 in de strafzaak onder parketnummer 13-291810-23 tegen
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] ([geboorteland]) op [geboortedag] 1980.

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep van 30 april 2024.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen voormeld vonnis.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen de raadsman naar voren heeft gebracht.

Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie

Blijkens een op 15 april 2024 door de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Amsterdam opgemaakte akte van overlijden, nr. [nummer], is de verdachte op [datum] 2024 overleden.
Daarom is ingevolge het bepaalde bij artikel 69 van het Wetboek van Strafrecht het recht tot strafvordering vervallen en dient het openbaar ministerie, overeenkomstig de vordering van de advocaat-generaal, niet-ontvankelijk te worden verklaard in de strafvervolging.

BESLISSING

Het hof:
Vernietigt het vonnis waarvan beroep en doet opnieuw recht:
Verklaart het openbaar ministerie ter zake van het tenlastegelegde niet-ontvankelijk in de vervolging.
Dit arrest is gewezen door de meervoudige strafkamer van het gerechtshof Amsterdam, waarin zitting hadden mr. M.L.M. van der Voet, mr. N. van der Wijngaart en mr. M. Jeltes, in tegenwoordigheid van mr. E.C. van Eijck van Heslinga, griffier, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van dit gerechtshof van 30 april 2024.
mr. N. van der Wijngaart en mr. M. Jeltes zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.