Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
1.[appellant 1] ,
[appellant 2],
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
Gerechtshof Amsterdam
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Amsterdam, gaat het om een geschil tussen twee appellanten en twee geïntimeerden over schadevergoeding als gevolg van wateroverlast in een woning. De appellanten, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A.M. Euverman, hebben in hoger beroep een akte genomen na een tussenarrest van 25 april 2023. In dit tussenarrest werd overwogen dat de geïntimeerden mogelijk aansprakelijk zijn voor de wateroverlast die is ontstaan door een openstaande kraan tijdens de inspectie van de woning. De appellanten hebben schadeposten opgevoerd, maar deze waren aanvankelijk onvoldoende gespecificeerd.
Het hof heeft vastgesteld dat de wateroverlast aanzienlijke schade heeft veroorzaakt aan de woning, zoals zichtbaar op door de appellanten overgelegde beelden. De schade is geschat op € 12.000,00, gebaseerd op een rapport van een bouwkundige. Daarnaast zijn huurlasten van € 1.740,00 voor twee maanden toewijsbaar. Het hof heeft de geïntimeerden toegelaten tot het leveren van tegenbewijs met betrekking tot de aansprakelijkheid voor de waterproblematiek. De verdere beslissing is aangehouden, en er is een getuigenverhoor gepland om de stellingen van de partijen verder te onderzoeken.