Uitspraak
GERECHTSHOF AMSTERDAM
Badman B.V.,
1.De zaak in het kort
2.Het geding in hoger beroep
3.Feiten
feeeen ‘Mega Tegels en Sanitair’ vestiging te exploiteren.
Zoals gezegd wil ik de omzet in het startjaar voorzichtig begroten ik ben ik ervan overtuigd dat de gestelde omzetniveaus realistisch zijn.” Als prognose staat een gemiddelde omzet van ongeveer € 1.274.000,- over 52 weken vermeld.
Kijk tevens even naar de omzetniveaus, 1e jaar het ik bewust niet te gek gedaan maar redelijk behoudend gelaten.”
Wanneer ben je weer in DH? Help even herinneren dat we dan de aangepaste pagina’s van de contracten tekenen en compleet maken.
Een prognose gebaseerd op beschikbare analyses en ervaringsgegevens. Naar de beste inzichten van Franchisegever geven de gepresenteerde gegevens een goede indruk van mogelijkheden, doelstellingen en verwachtingen. Plaatselijke gegevens en conjuncturele ontwikkelingen zijn door hun aard niet of beperkt in het model opgenomen. De Financiële Projectie is op geen enkele wijze een garantie voor de te behalen resultaten. Eens
uccesvolle exploitatie is in hoge mate afhankelijk is van de persoonlijke kwaliteiten, het ondernemerschap, de inzet en het vermogen tot samenwerking van Franchisenemer.”
4.Eerste aanleg
5.Beoordeling
grieven 1 en 2keert de curator zich tegen de rechtsoverwegingen 4.13 tot en met 4.15 van het bestreden vonnis, waarin de rechtbank heeft geoordeeld dat zijn beroep op dwaling niet slaagt. De rechtbank achtte onvoldoende gemotiveerd gesteld dat Badman bij een juiste voorstelling van zaken de financieringsovereenkomst niet was aangegaan.
een zelfstandig ondernemer (…) kan (…) direct vanaf de start een interessant ondernemersinkomen verwerven”. [Het hof merkt in dit verband op dat, nadat Mega Tegels bij memorie van antwoord erop had gewezen dat de overgelegde media-uiting uit 2014 dateerde, de curator als nadere producties een media-uiting (online advertentie) uit 2012 heeft overgelegd waarin hetzelfde staat, alsmede – wederom – een bladzijde uit het Mega T&B Formulehandboek 2010 en een Hand-out 2010, waarin een tekst van gelijke strekking staat.] De door Mega Tegels vervolgens in februari 2012 aan [appellant 2] ter beschikking gestelde BFP laat een omzetverloop voor drie jaar met een stijgende lijn zien terwijl een ondernemingsvergoeding wordt getoond op basis van een positief exploitatieverloop dat eveneens een stijgende lijn laat zien. Volgens de definitie van Mega Tegels zelf is een BFP gebaseerd op beschikbare analyses en ervaringsgegevens. De BFP is een bevestiging van de media-uiting. Op basis van de verstrekte informatie heeft [appellant 2] verder onderzoek ingesteld bij bestaande filialen. De betreffende franchisenemers hebben onder druk van Mega Tegels een positiever beeld geschetst dan waarvan sprake was. Op basis van zijn bevindingen heeft [appellant 2] besloten verder te gaan met Mega Tegels en een franchiseovereenkomst te sluiten. Alle door Mega Tegels verstrekte informatie, in het bijzonder de BFP, sluit op een positieve exploitatie. Dat [appellant 2] ter zitting heeft verklaard dat hij geen omzetdrempel voor ogen had die hij zou moeten halen voor zijn beslissing om zich wel of niet als franchisenemer aan te sluiten, wordt door [appellant 2] ontkend en kan bovendien ook niet anders worden uitgelegd dan dat [appellant 2] niet exact voor ogen had welke minimumomzet zou moeten worden behaald om tot een positief exploitatieresultaat te komen. Evident is dat bij een negatief exploitatieresultaat geen franchiseovereenkomst gesloten zou zijn. Door Mega Tegels is geen enkel signaal afgegeven omtrent een negatieve exploitatie in in elk geval de eerste jaren, terwijl geen enkele beginnende franchisenemer van Mega Tegels een winstgevende exploitatie in de beginjaren heeft gekend, waarvan Mega Tegels op de hoogte was. Tussen partijen staat vast dat de aangeleverde omzetprognose niet was gebaseerd op de omzet die beginnende franchisenemers in hun eerste drie jaar hadden gerealiseerd. Mega Tegels heeft door het verstrekken van de BFP zonder mededeling te doen waarop de omzetgegevens en het exploitatieresultaat waren gebaseerd, [appellant 2] bewust om de tuin geleid. Zij wist dat de BFP voor [appellant 2] van essentieel belang was. Nu Mega Tegels omzetcijfers verstrekte, dienden de prognoses deugdelijk te zijn en te berusten op deugdelijk onderzoek. [appellant 2] (Badman) zou bij een juiste voorstelling van zaken de overeenkomst niet zijn aangegaan, aldus – nog steeds – de curator.
duidelijkeexploitatieprognose, naar het te verwachten ondernemersinkomen en wordt ten slotte gevraagd of het te behalen inkomen
echtaantrekkelijk is. Voorts is van belang dat [appellant 2] een aantal franchisenemers heeft bezocht om naar de resultaten te informeren. Ook speelt mee dat [appellant 2] op dat moment in loondienst was en niet over veel eigen vermogen beschikte. Het is logisch dat [appellant 2] van begin af aan een inkomen uit het bedrijf heeft willen hebben. Dat hij geen precies omzetbedrag voor ogen heeft gehad, is iets anders.
grieven 3 tot en met 5van de curator zijn gericht tegen de rechtsoverwegingen 4.16 tot en met 4.19 van het bestreden vonnis, waarin de rechtbank heeft geoordeeld dat Mega Tegels niet onrechtmatig heeft gehandeld jegens Badman. De rechtbank was van oordeel dat de verstrekte omzetprognoses weliswaar een minder goed beeld gaven van de omzetpotentie van Badman in de eerste drie jaar maar dat daaruit niet zonder meer volgt dat Mega Tegels [appellant 2] (Badman) bewust om de tuin heeft proberen te leiden. De rechtbank overwoog dat nergens uit blijkt dat Mega Tegels heeft gezegd of deed voorkomen dat de prognoses waren gebaseerd op indertijd recent (in 2009) begonnen franchisenemers.
de grieven 3 en 4is de curator nader ingegaan op de BFP. Hij heeft verwezen naar de definitie van Financiële Projectie in de overeenkomst (zie 3.15), waar de BFP niet aan voldeed. De curator heeft aangevoerd dat van de startende ondernemingen de gerealiseerde omzetten beduidend lager waren dan de verstrekte prognoses. De BFP bevatte onjuiste informatie en op Mega Tegels rustte de verplichting [appellant 2] (Badman) te informeren over deze onjuistheid, aldus de curator. Volgens de curator heeft Mega Tegels [appellant 2] (Badman) wat omzetpotentie betreft evident bewust om de tuin geleid.
grieven I en IIvan [appellant 2] zijn bij de feitenvaststelling al behandeld. Voor zover grief II ziet op de weergave van stellingen van [appellant 2] , mist de grief belang, nu het hof de stellingen van [appellant 2] zelfstandig moet uitleggen en beoordelen. Met
grief IIIkeert [appellant 2] zich tegen het oordeel van de rechtbank dat zijn vordering is verjaard. De
grieven IV en Vrichten zich tegen rechtsoverwegingen van de rechtbank die betrekking hebben op de vorderingen uit dwaling en onrechtmatige daad in de zaak van de curator.
Grief VI(per abuis aangeduid als VII) betreft de proceskostenveroordeling.
fee,maar uit deze brief kan niet worden afgeleid dat [appellant 2] toen al wist van de thans door hem gestelde doelbewuste misleiding.
by farniet). Mega Tegels wist dan wel behoorde te weten dat de gegevens uit de BFP misleidend, onjuist/niet waarheidsgetrouw en derhalve te rooskleurig waren. Dit geldt ook voor de prognoses van HLB Schippers en voor het VPO. Alle nieuw startende franchisenemers dienden hun administratie verplicht te (laten) voeren bij een door Mega Tegels aangewezen accountants- en administratiekantoor (HLB Schippers) of bij Mega Tegels zelf, zodat Mega Tegels de cijfers kende. [appellant 2] heeft schade geleden als gevolg van het onrechtmatig handelen van Mega Tegels, bestaande uit zijn eigen inleg (€ 50.000,-), het bedrag waarvoor hij hoofdelijk aansprakelijk is gesteld door de bank (€ 58.372,10) en de gemaakte juridische advieskosten.