ECLI:NL:GHAMS:2025:4

Gerechtshof Amsterdam

Datum uitspraak
7 januari 2025
Publicatiedatum
2 januari 2025
Zaaknummer
200.343.912/01 NOT
Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klacht tegen notaris en intrekking hoger beroep

In deze zaak gaat het om een klacht tegen een notaris, ingediend door HUURJESTALLING.NL B.V. De notaris heeft op 25 juli 2024 een beroepschrift ingediend tegen een eerdere beslissing van de kamer voor het notariaat in Arnhem-Leeuwarden, die op 26 juni 2024 de klacht van klaagster gegrond verklaarde en de notaris een berisping oplegde. Daarnaast werd de notaris veroordeeld tot betaling van griffierechten en kosten aan klaagster. Op 1 oktober 2024 heeft klaagster een verweerschrift ingediend. Echter, op 16 december 2024 heeft de notaris zijn hoger beroep ingetrokken. Het Gerechtshof Amsterdam heeft op 7 januari 2025 geoordeeld dat de notaris niet-ontvankelijk is in het hoger beroep, omdat het beroep is ingetrokken. De beslissing is openbaar uitgesproken door de rolraadsheer.

Uitspraak

beslissing
___________________________________________________________________ _ _
GERECHTSHOF AMSTERDAM
afdeling civiel recht en belastingrecht
zaaknummer : 200.343.912/01 NOT
nummer eerste aanleg : C/05/428561 / KL RK 23-138
beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 7 januari 2025
inzake
[appellant],
notaris te [plaats] ,
appellant,
gemachtigde: mr. M.D. Kalmijn, advocaat te Leeuwarden,
tegen
HUURJESTALLING.NL B.V.,
gevestigd te [plaats] ,
geïntimeerde,
gemachtigde: mr. C.M. van Duinen.
Partijen worden hierna de notaris en klaagster genoemd.

1.Het geding in hoger beroep

1.1.
De notaris heeft op 25 juli 2024 een beroepschrift bij het hof ingediend tegen de beslissing van de kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden (hierna: de kamer) van 26 juni 2024 (ECLI:NL:TNORARL:2024:24). De kamer heeft in de bestreden beslissing de klacht van klaagster gegrond verklaard en aan de notaris de maatregel van berisping opgelegd. Bij diezelfde beslissing heeft de kamer de notaris veroordeeld tot betaling aan klaagster van een bedrag van € 50,00 aan griffierecht en een bedrag van € 50,00 aan kosten klaagster. Ten slotte heeft de kamer de notaris veroordeeld tot betaling van € 2.000,- voor de kosten van behandeling van de klacht door de kamer.
1.2.
Klaagster heeft op 1 oktober 2024 een verweerschrift bij het hof ingediend.
1.3.
Van de zijde van de notaris is op 16 december 2024 een e-mailbericht ter griffie van het hof ingekomen, waarin de notaris zijn hoger beroep intrekt.

2.Beoordeling

Nu de notaris het hoger beroep heeft ingetrokken, kan de notaris niet in het beroep worden ontvangen.

3.Beslissing

Het hof:
- verklaart de notaris niet-ontvankelijk in het hoger beroep.
Deze beslissing is gegeven door mrs. J.C.W. Rang, J.W.M. Tromp en J.H. Lieber in het openbaar uitgesproken op 7 januari 2025 door de rolraadsheer.