Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
inspecteurvan de
Belastingdienst/Kantoor Groningen(hierna: de Inspecteur)
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak gaat het om het hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland, waarin de Inspecteur de zelfstandigenaftrek en de premieaftrek voor lijfrente heeft gecorrigeerd. De rechtbank had de aanslag in de inkomstenbelasting voor het jaar 2008 verminderd, maar belanghebbende was het niet eens met deze beslissing en heeft hoger beroep ingesteld. De Inspecteur heeft de uitspraak van de rechtbank verdedigd.
Belanghebbende, geboren op 9 september 1944, is enig aandeelhouder van een BV en drijft daarnaast een eenmanszaak. De Inspecteur had de zelfstandigenaftrek en de premieaftrek voor lijfrente gecorrigeerd, omdat belanghebbende niet aan het urencriterium zou voldoen. Tijdens de zitting heeft belanghebbende zijn urenadministratie gepresenteerd, maar het Hof oordeelt dat hij niet voldoende bewijs heeft geleverd dat hij aan het urencriterium voldoet. Het Hof concludeert dat de werkzaamheden die belanghebbende verrichtte voor de BV niet meetellen voor het urencriterium, omdat deze werkzaamheden voortvloeien uit zijn dienstbetrekking.
Het Hof heeft vastgesteld dat de rechtbank terecht heeft geoordeeld dat belanghebbende niet voldoet aan het urencriterium en dat de correcties van de Inspecteur terecht zijn. De uitspraak van de rechtbank wordt vernietigd, en de aanslag wordt verminderd tot een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 15.117. Tevens wordt de Inspecteur gelast het betaalde griffierecht aan belanghebbende te vergoeden. De beslissing is openbaar uitgesproken op 20 mei 2014.