Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
2.De verdere motivering van de beslissing in hoger beroep
“Op 17 juli jl. heeft u mij (…) een stuk toegestuurd, bestaande uit 10 pagina’s, bevattende een opsomming van de diverse vermogensbestanddelen. Bij mijn brief aan u van 24 augustus jl. heb ik u verzocht te bevestigen dat dit stuk overeenstemt met het stuk, dat zich in het dossier van oud-notaris Poppe bevindt en dat zich geen andere versies van dit stuk (met meer of andere gegevens of meer pagina’s) in het dossier van oud-notaris Poppe bevinden. Zekerheidshalve heb ik een kopie van dit stuk aan mijn brief gehecht. Heden heeft u mij telefonisch bevestigd dat dit stuk inderdaad overeenstemt met het stuk, dat zich in het dossier van oud-notaris Poppe bevindt en dat zich geen andere versies van dit stuk (…) in het dossier van oud-notaris Poppe bevinden. Tevens heeft u mij medegedeeld dat niet uit het dossier blijkt door wie en op welke wijze oud-notaris Poppe van deze stukken in het bezit is gesteld. (…)”
“ongeveer 1,3 tot 1.400,000,-“kan hem niet worden verweten dat hij de vrouw en de notaris onvolledig en/of onjuist heeft voorgelicht. In die brief staat voorts: (…)
Ik heb je het financiële plaatje niet voorgehouden, maar vd Heuvel(de advocaat, hof)
heeft dat voor ons laten uitzoeken. (…) Volgens de deskundige hadden we samen bij de echtscheiding ongeveer 1,3 tot 1.400.000,- Jij had dus recht op de helft. Dit heb je ook gekregen. In de vorm van een hypotheek van f400.000,- tot F 450.000,- plus huis in [woonplaats] plus auto. Dus samen de helft van alles wat we hebben. Bovedien heb ik de verplichting voor de financiële kosten van onze kinderen op me genomen. Als je die ruim 400.000 gulden op de bank zou zetten zou je een veel minder groot bedrag per maand uitgekeerd krijgen. Ik meen iets van ergens in de 3000gulden. Daarom is ten gunste van jou opnieuw gerekend met een veel hoger percentage, er van uitgaand dat indien het geld in het bedrijf zou blijven er minstens enkele procenten meer winst in zat. In plaats van de toen 7% rente is de berekening opnieuw gedaan met een rendement van 10 of 12% /jaar. Dit kwam uit op een vergoeding van de huidige F 5.100/maand zolang je leeft. In cijfers uitgedrukt is dit voor een jaar
Bij de scheiding is een convenant gemaakt waarin ieder alle bezittingen en schulden voor de helft kreeg. Omdat de bedrijven hard gegroeid waren is het maximale bij de banken geleend. Alleen al in landbouwtechniek was meer dan 6.000.000 gulden schuld. Daarom was bij een gedwongen verkoop er niets of een klein beetje overgebleven. In de praktijk gaat men er vanuit dat volgens de ervaring gemiddeld de netto opbrengst bij gedwongen verkoop 20 tot 30% lager is dan de normale waarde. Omdat we er beide niet voor voelde in een rijtjeshuis te gaan zitten en van de steun of een baantje te leven, hebben voor een betere oplossing gezocht. Daarom heeft een Notaris samen met een accountant alles schulden en bezittingen tegen de normale waarde uitgerekend en in twee helften gedeeld. De waarde dat voor [verzoekster] uitkwam kon uiteraard niet uitbetaald worden omdat deze waarde er niet in contanten was, en ook geen bank wilde die hoeveelheid lenen. Daarom is haar helft omgezet in een huis en auto plus levenslange alimentatie. Voor de alimentatie is men uitgegaan van standaardgegevens, dat iemand met normale gezondheid en die leeftijd nog zoveel jaar te leven had, dat was voor haar toen ongeveer 40 jaar geloof ik. (…)”.
3.De beslissing
roldatum 15 juli 2014, waarna dag en uur van de comparitie (ook indien voormelde opgave van een of meer van partijen ontbreekt) door de raadsheer-commissaris zullen worden vastgesteld;