Uitspraak
1.Henisol Insulation B.V.,
Henisol,
[appellant],
Henisol c.s.,
Harsco,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden diende, is het hoger beroep van Henisol Insulation B.V. en [appellant] tegen een tussenvonnis van de rechtbank Noord-Nederland niet-ontvankelijk verklaard. Het hof oordeelde dat het tussenvonnis, dat een provisioneel karakter droeg, niet onder de uitzonderingen valt die tussentijds hoger beroep mogelijk maken. De rechtbank had eerder geweigerd om hoger beroep open te stellen tegen het tussenvonnis, en het hof bevestigde dat deze beslissing in lijn is met de jurisprudentie van de Hoge Raad. Het hof verwees naar eerdere arresten, waaronder die van 22 januari 2010 en 13 juli 2012, waarin werd gesteld dat tussenvonnissen die de voortgang van de zaak instrueren, niet tussentijds kunnen worden aangevochten. Het hof concludeerde dat de vorderingen van Henisol c.s. niet ontvankelijk zijn, omdat het tussenvonnis niet als een eindvonnis kan worden beschouwd en de beslissing van de rechtbank om het bewijsbeslag niet op te heffen, ook niet kan worden herzien in het kader van het hoger beroep. Het hof heeft Henisol c.s. in de kosten van het hoger beroep veroordeeld, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen. De uitspraak werd gedaan op 1 december 2015.