Uitspraak
De Alliantie,
de bewindvoerder,
1.Het verdere verloop van het geding in hoger beroep
"(…) te vernietigen het vonnis d.d. 31 december 2014 (…) en opnieuw rechtdoende bij arrest, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:- de huurovereenkomst gesloten tussen appellante en [B] betreffende de woning gelegen aan het adres [a-straat] 46 te [C] te ontbinden met onmiddellijke ingang;- geïntimeerde te veroordelen het gehuurde binnen zeven dagen na betekening van het in deze te wijzen arrest, met al hetgeen van [B] is en ieder die bij [B] verblijft, te ontruimen en leeg op te leveren aan appellante, onder afgifte van de sleutels, waarbij appellante gemachtigd wordt de ontruiming zo nodig zelf uit te (laten) voeren met behulp van de sterke arm van politie en justitie op kosten van geïntimeerde;- geïntimeerde te veroordelen om, indien niet vrijwillig aan de veroordeling tot ontruiming wordt voldaan en appellante de ontruiming met inschakeling van de deurwaarder zelf bewerkstelligt, aan appellante de kosten van de ontruiming te voldoen, op vertoning en conform de specificatie van die kosten in het proces-verbaal van ontruiming;- te verklaren voor recht dat geïntimeerde aansprakelijk is voor de schade aan het gehuurde die het gevolg is van de hennepkwekerij;- met veroordeling van geïntimeerde in de kosten van beide instanties."
3.De vaststaande feiten
In artikel 7.3 van de Algemene Huurvoorwaarden is onder sub a bepaald:
"Huurder zal het gehuurde gebruiken en onderhouden zoals het een goed huurder betaamt. Hieronder wordt ondermeer verstaan dat huurder: aan omwonenden geen overlast of hinder veroorzaakt. Dit geldt ook voor huisgenoten, huisdieren of derden die zich vanwege huurder in het gehuurde of in de gemeenschappelijke ruimten bevinden. Onder overlast wordt ondermeer verstaan: iedere vorm van overlast, zoals geluidsoverlast, overlast als gevolg van bijvoorbeeld alcoholgebruik, drugsgebruik, drugshandel, prostitutie in of nabij het gehuurde, (huis)dieren die overlast veroorzaken."en onder sub f:
"Huurder zal het gehuurde gebruiken zoals het een goed huurder betaamt. Hieronder wordt ondermeer verstaan dat huurder: niet is toegestaan waar dan ook in het gehuurde hennep te kweken in geen enkele hoeveelheid, of andere activiteiten te verrichten die op grond van de Opiumwet strafbaar zijn gesteld."
"55 planten in een "slaapkamer" in een appartement. Geen diefstal stroom.(…)Indicatie over het aantal eerdere oogsten (de duur van de periode waarin de hennepkwekerij, voorafgaand aan de ontmanteling, tenminste heeft gefunctioneerd):Indicatie: 1Uit het onderzoek is voorts gebleken, dat met het plegen van genoemd feit een wederrechtelijk voordeel is verkregen, dat voorshands wordt geschat op € 5.000,- (Ontneming wordt opgemaakt, juiste bedrag is nog onbekend)."Bij het onderdeel waar een korte beschrijving kan worden gegeven van de indicatoren waaruit blijkt dat sprake is van bedrijfsmatige teelt, is niets ingevuld.
4.Het geschil en de beslissing in eerste aanleg
5.De beoordeling van de grieven en de vordering
elf grievenopgeworpen die zich in de kern richten tegen de afwijzing van haar vordering tot ontbinding van de huurovereenkomst met [B] en van de vordering voor recht te verklaren dat [B] aansprakelijk is voor de schade. Het hof zal de grieven gezamenlijk bespreken.
Ontbinding van de huurovereenkomst
heeft voorts gewezen op zijn persoonlijke omstandigheden. Hij heeft in het verleden een drugsverslaving gehad en is daar met moeite vanaf gekomen. De schulden uit dat verleden achtervolgen hem ook thans nog. [B] kampt voorts met psychiatrische problemen en wordt in dat kader begeleid door het FACT-team van GGZ Centraal. Dit multidisciplinair hulpverlenersteam werkt intensief met hem en personen uit zijn omgeving samen. Indien de huurovereenkomst zou worden ontbonden wordt het broze evenwicht dat volgens [B] is opgebouwd, onherstelbaar verstoord. Daar komt bij dat [B] geen uitzicht heeft op vervangende woonruimte en aldus bij ontbinding van de huurovereenkomst op straat zal komen te staan.
Ook de omstandigheid dat het voor [B] moeilijk en misschien zelfs niet mogelijk zal zijn om vervangende woonruimte (anders dan daklozenopvang) te vinden, acht het hof tot slot onvoldoende zwaarwegend om te oordelen dat De Alliantie in dit geval niet van haar bevoegdheid tot ontbinding gebruik mag maken.
De schade
6.De slotsom
210,77
€ 904,-(2 punten x tarief II)
€ 1.788,-(2 punten x tarief II)