Uitspraak
GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN
verzoeker in hoger beroep, verder te noemen: de vader,
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 9 januari 2018 uitspraak gedaan in hoger beroep inzake een verzoek van de vader om een overeenkomst tussen partijen aan een eerdere beschikking te hechten. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. L.D.M. Rubens-Snijders, en de moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. D. Beuving, hebben na mediation overeenstemming bereikt over de geschilpunten en een overeenkomst ondertekend op 30 oktober 2017. Het hof constateert dat de vader de gronden van zijn hoger beroep niet langer handhaaft en verwerpt het hoger beroep tegen de beschikking van de rechtbank Overijssel van 16 februari 2017. Het hof wijst het verzoek om de overeenkomst aan de beschikking te hechten af, omdat partijen niet vrijstaan om afspraken te maken over het gezag. Gezien de familierechtelijke aard van de procedure compenseert het hof de proceskosten in hoger beroep, zodat elke partij de eigen kosten draagt. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.